dinsdag 17 april 2012

17 April TERUG AAN BOORD


We zijn terug aan boord. Zestien dagen zijn we weggeweest en het was zo anders als de afgelopen 3,5 jaar dat het aanvoelde als een echte vakantie. We moesten ons geen zorgen maken om onze boot want die hadden we goed en veilig vastgeknoopt aan de steiger in de Tanjong City Marina in Penang. Dus als het wat begon te waaien moesten we geen schrik hebben dat het anker niet zou houden, of dat we tegen een andere boot zouden botsen. Twee weken lang geen problemen met dinghies en buitenboord motors, geen sores dat onze bijboot niet zomaar verdwenen is van het strand na een hele dag op trot te zijn geweest, of dat hij ontploft is door de warmte of dat de motor niet wilt starten of... en het klinkt misschien raar, maar we voelden ons vrijer als anders tot... we op het nieuws hoorden van de tsunami alarm in de Andaman zee.
Ja watte, dat was schrikken...en wij konden op dat moment niks anders doen dan afwachten wat er ging gebeuren. En ik kan je verzekeren dat we ons op dat moment erg hulpeloos voelden en wel heel erg ver weg verwijdend van ons bootje dat tevens onze thuis is . Maar soit, na een paar uur werd het alarm opgeheven en konden we weer normaal ademhalen.




En nu dan de reis.
Op 1 April hebben we de ferry genomen naar het vasteland en dan de trein naar Kuala Lumpur. Daar hadden we 1 nacht hotel geboekt via ‘agoda’ maar amaai... viel dat  nog niet een klein beetje tegen seg. We hadden een kamer van $40 voor de helft van de prijs, maar dat was nog zekers de helft te duur. Een standaard kamer zonder venster ( ik dacht zo, dan kan niemand al zeker niet binnen kijken) in een hotel dat als volgt wordt omschreven :Sit back and relax in one of the hotel's 45 guestrooms, all designed with guests' comfort in mind. Maar jongens zeg, wat een kot. En dan nog wel een kot zonder venster. Echt niks...!en via agoda hadden we ook al 2 nachten geboekt in Phnom Phen...Leek me al ineens niet meer zo’n goede zet. Maar hier in KL zaten we gelukkig maar 1 nacht want de volgende dag moesten we al rond de middag op de luchthaven staan.

Met Air Asia zijn we dan  voor € 43,00 de man (all in) naar Phnom Pehn in Cambodja gevlogen. Een low-budget vliegtuigmaatschappij, maar we hebben absoluut geen klagen. We vlogen met een nieuwe airbus en echt veel plaats voor onze benen hadden we niet, maar het is dan ook maar 2 uur vliegen. Ook kregen we geen eten of drinken, tenzij op voorhand besteld en betaald en er was geen  muziek noch film, maar op zo een korte vlucht misten we dat allemaal echt niet. Wel stegen  we met een uur vertraging op omdat er 1 iemand teveel in het vliegtuig zat (!?!)


Zoals ondertussen verwacht stelde het hotel in Phnom Pehn niet veel voor. Ze waren daar om te beginnen niet op de hoogte van onze komst en gaven ons een kamer zonder venster! Maar omdat  ‘agoda’ een kamer  mét venster en airco en fan en tv en badkamer mét warmwater beloofde, eisten we tenminste een venster en fan. Drie nachten zijn we  in Phnom Pehn gebleven , maar de laatste nacht zijn we verhuisd naar de buren, waar de kamers toch een beetje properder en netter waren en bovendien goedkoper. En aan agoda doen we niet meer mee.



De eerste dag hebben we Phnom Pehn op het gemakje verkend en omdat het Royal Palace zo’n gekke openingsuren heeft - van 8 am tot 11am  en van 2pm tot 5 pm- zijn we er s voormiddag evenals s  namiddags niet geraakt. Het Tuol Sleng Genocide museum hebben we wel die eerste dag gedaan en dat museum liet een diepe indruk op ons achter. Het vertelt de recente en tragische geschiedenis van Cambodja onder de Rode Khmer en we kunnen maar niet begrijpen dat dit allemaal nog niet zo heel lang geleden is kunnen gebeuren. Maar wat we nog minder kunnen begrijpen is dat de meesten kopstukken van de Rode Khmer vandaag de dag nog steeds in de regering zitten.



   

 Hoewel het nu schijnbaar goed gaat met Cambodja en de meeste mensen opgewekt en optimistisch lijken moet er toch een enorme wrok leven onder de bevolking. Want we kunnen ook maar niet  snappen dat iedereen het heel normaal vindt dat wanneer er een hoge piet uit de regering met zijnen dikke auto onderweg is, het verkeer wordt stilgelegd om meneer te laten passeren. Ook staat er op elke hoek van de straat een politieagent en tussen twee hoeken  nog een paar agenten en daartussen nog wat legerofficieren en soldaten.
                           








Eigenlijk was het niet de moeite om een dag langer te blijven in Phnom Pehn voor het Royal Palace. We dachten die eerste dag dat anderhalf uur een beetje kort was om het te zien, maar bleken het al veel sneller gezien te hebben. Meer dan de helft was dan ook niet open voor publiek en hoewel het wel mooi was, kan het bijlange na niet concurreren met het Royal Palace in Bangkok.





 


Geen opmerkingen: