zondag 2 december 2012

KUDAT - KOTA KINABALU 20 tot 22 nov
Om 5 uur s morgens staan we op, zodat we eerst rustig kunnen wakker worden bij een kopje koffie, dan de zonnetent kunnen afbreken en vervolgens een uurtje later bij het eerste licht kunnen vertrekken. Maar wanneer het eerste kopje koffie op is, begint het te regenen en niet zo maar een salaadregentje, maar zo’n echte malse sappige bui. Zo eentje waarbij je gauw weer naar binnen vlucht en wacht tot die over is vooraleer je je neus weer buiten steekt. Het ziet er ook zo eentje uit die een hele dag gaat duren en even overwegen we om ons bed weer in te duiken, maar om half acht stopt het toch ineens met regenen. Het moment dus om snel de trossen los te gooien en uit te varen, vooraleer die regen zich weer bedenkt.
Zoals verwacht na zo een fikse regenbui staat er het eerste uur geen zuchtje wind, maar een beetje later begint het dan toch wat te waaien, alleen...vanuit een andere windstreek als voorspeld. En ja, wat dacht je nu, natuurlijk weer recht op de neus. Allemaal niet zo erg, dan kruisen we toch gewoon op, maar met de stroom die ook tegen zit, is de afstand die we afleggen beduidend minder als het aantal mijlen dat we zeilen. Nu het zij zo, dan duurt het gewoon wat langer voor we in Singapore aankomen, want dat is ergens wel de bedoeling, om als het even kan rechtstreeks door te zeilen tot Singapore. Maar het kan niet...!
Halverwege de middag knikt de onderste zaling van de mast aan bakboordzijde met 140° naar beneden en komt het uiteinde van de zaling, waarachter de stagen zitten los, zodat de stagen niet meer vast zitten...Getv#%@*^d>>!!!... Mogen wij nu echt niet meer zeilen zonder dat er iets kapot gaat? Gelukkig dat we het maar weer eens op tijd gezien hebben en er verder nog niks gebeurd is. Enfin, we pakken meteen de zeilen in en Dirk kruipt de mast in om te kijken of hij de zaling terug op zijn plaats kan zetten, maar de zee is veel te woelig om in de mast te kunnen werken. Dan maar verder op motor naar de eerste plaats waar we rustig kunnen ankeren, Kota Kinabalu dus. Dat is nog ongeveer 70 mijl, tegen de wind, tegen de stroom en tegen de golven die we aan een gemiddelde snelheid van 2,5 knoop afleggen. Tergend langzaam gaan we vooruit, maar de volgende dag tegen lunchtime komen we toch aan. Omdat we in KK de jachthaven niet in willen($$$$!) Zoeken we ons een rustig baaitje uit op Gaya Island, juist 2 mijl voor de stad, waar we echt perfect rustig liggen om de mast in te gaan, maar net wanneer we eraan willen beginnen, begint het weer te regenen voor de rest van de dag. Oké, dan doen we dat morgen wel, we wachten hier toch sowieso tot de wind weer draait, want zo nog 700 mijl tegen alles ingaan heeft echt niet veel zin.
De volgende dag is het stralend mooi weer, zonder een zuchtje wind. Ideaal dus om de mast in te kruipen en de zaling weer goed te zetten en vervolgens het staand want weer te trimmen, maar absoluut geen weer om te gaan zeilen. Dus blijven we nog maar een nachtje in een mooi baaitje van Gaya Island liggen.
mailto:Godv#@%$>>!!!...Kunnenmailto:Godv#$@' >>!!!...

Geen opmerkingen: