30
Sep
2008
dinsdag, september 30, 2008 11:50 am
Alhoewel het zondag is wordt er toch hard gewerkt.
We hebben maar een ligplaats gekregen tot en met dinsdag en willen de boot terug op orde hebben vooraleer we hier buiten vliegen.
Las Palmas is de vertrekhaven van de ARC - the Atlantic Race for Cruisers - die van start gaat op 23 november en vanaf half oktober worden de (+/_) 300 deelnemende boten hier verwacht.
In oktober kunnen we misschien nog een paar dagen blijven maar dat kunnen ze ons nu nog niet beloven en daar rekenen we dan ook maar liever niet op.
Terwijl Dirk de bakkisten weer eens onder handen neemt en opruimt muis ik er vanonder met de vuile was. Tijdens de afgelopen 4 weken hebben we toch weeral een mooi stapeltje verzameld waar ik een tijdje zoet mee zal zijn.
Dat wassen gaat allemaal goed maar ik kan maar één machine per keer ophangen en dan hangt de boot vol en zijn de wasspelden op.
S’Avonds wandelen we naar de ‘sailors bar’ waar ze wifi hebben om met het thuisfront te skypen. Dat skypen lukt niet – onze laptop heeft de laatste tijd nogal wat kuren – maar we ontmoeten er een koppeltje Belgen die hier al een tijdje wonen. We zijn geen echte chaufinisten maar vinden het toch wel fijn om zo ver van huis in onze eigen taal eens met landgenoten te kunnen babbelen. Alain en Cindy blijken dan ook nog eens een heel tof stel te zijn en op nen hik en ne gij is het weeral middernacht gepasseerd.
We hebben maar een ligplaats gekregen tot en met dinsdag en willen de boot terug op orde hebben vooraleer we hier buiten vliegen.
Las Palmas is de vertrekhaven van de ARC - the Atlantic Race for Cruisers - die van start gaat op 23 november en vanaf half oktober worden de (+/_) 300 deelnemende boten hier verwacht.
In oktober kunnen we misschien nog een paar dagen blijven maar dat kunnen ze ons nu nog niet beloven en daar rekenen we dan ook maar liever niet op.
Terwijl Dirk de bakkisten weer eens onder handen neemt en opruimt muis ik er vanonder met de vuile was. Tijdens de afgelopen 4 weken hebben we toch weeral een mooi stapeltje verzameld waar ik een tijdje zoet mee zal zijn.
Dat wassen gaat allemaal goed maar ik kan maar één machine per keer ophangen en dan hangt de boot vol en zijn de wasspelden op.
S’Avonds wandelen we naar de ‘sailors bar’ waar ze wifi hebben om met het thuisfront te skypen. Dat skypen lukt niet – onze laptop heeft de laatste tijd nogal wat kuren – maar we ontmoeten er een koppeltje Belgen die hier al een tijdje wonen. We zijn geen echte chaufinisten maar vinden het toch wel fijn om zo ver van huis in onze eigen taal eens met landgenoten te kunnen babbelen. Alain en Cindy blijken dan ook nog eens een heel tof stel te zijn en op nen hik en ne gij is het weeral middernacht gepasseerd.
Vanmorgen zijn ook toch maar eens vragen in het havenkantoor of we nog een beetje langer in de jachthaven mogen blijven liggen. Morgen komen Gerard en Ria , de voorzitter van de NOL en zijn vrouw, op vakantie naar Gran Canaria en als zij al eens willen langskomen bij ons lijkt het ons toch wel gemakkelijker dat we aan een steiger liggen i.p.v. in een ankerbaai. t’Is maar dat het zonder dinghy niet zo evident is om aan boord te komen, en je kunt toch niet van je bezoekers verlangen dat ze eventjes
komen langszwemmen…
Van de havenmeester mogen we nog een weekje blijven als we maar beloven dat we onderwijl niet over en weer naar huis vliegen.
Nee verzekeren we hem, dat zijn we niet van plan, in België regent het en is het koud, we blijven liever hier.
In de namiddag gaan we nog eens op “wifiantenne jacht”. Al van in La Coruna zijn we op zoek naar een goede, richtbare wifi antenne met usb connector van minstens 12 db zodat we vanaf de boot op het internet kunnen. Onze koffierekening begint serieus op te lopen van al die internetcafés en het wordt hoog tijd dat we zo’n antenne vinden.
We komen in de buurt…, we vinden al een antenne van 5 db met usb en een andere van 8 db maar zonder usb.
De volgende winkel, die zeker en vast heeft wat wij zoeken is helaas gesloten als we eraan komen. Dus we hebben nog altijd geen wifi aan boord.
komen langszwemmen…
Van de havenmeester mogen we nog een weekje blijven als we maar beloven dat we onderwijl niet over en weer naar huis vliegen.
Nee verzekeren we hem, dat zijn we niet van plan, in België regent het en is het koud, we blijven liever hier.
In de namiddag gaan we nog eens op “wifiantenne jacht”. Al van in La Coruna zijn we op zoek naar een goede, richtbare wifi antenne met usb connector van minstens 12 db zodat we vanaf de boot op het internet kunnen. Onze koffierekening begint serieus op te lopen van al die internetcafés en het wordt hoog tijd dat we zo’n antenne vinden.
We komen in de buurt…, we vinden al een antenne van 5 db met usb en een andere van 8 db maar zonder usb.
De volgende winkel, die zeker en vast heeft wat wij zoeken is helaas gesloten als we eraan komen. Dus we hebben nog altijd geen wifi aan boord.
Het wassen, plassen en poetsen gaat door. Dirk neemt de buitenkant van de boot voor zijn rekening en ik de binnenkant.
Het dek wordt geschrobd, de ijskast wordt uitgewassen, keuken, badkamers en vloer worden onder handen genomen, de kuip wordt uitgespoeld en de Narid wordt langzaamaan weer toonbaar.
Tegen de middag gaan we samen naar het wassalon en kopen en passant een nieuwe zekering voor de boegschroef.
Als we terug komen staan er twee mannen op het dek en Dirk vraagt zich verontwaardigd af wat die twee koekoeken op zijnen boot doen!
Die koekoeken werken hier voor de jachthaven en zijn bezig, samen met nog een duiker, met de meertouwen terug te ontwarren. Blijkbaar heeft die gast, die ons zaterdag geholpen heeft bij het aanleggen, gemeld dat er iets goed fout is met die touwen.
Nu krijgen we de bevestiging dat geen van ons twee verantwoordelijk was voor dat geknoei van toen. Hopelijk krijgen we wel niet onder ons voeten dat we een koord hebben doorgesneden. Dirk was in het water moeten gaan om de propeller te verlossen van dat touw maar omdat dat zo als een bobijntje was opgerold rond de schroef zag hij geen andere oplossing dan het touw doorsnijden. We hebben er wel terug een knoopje in gelegd maar ja…
Als die mannen eindelijk weg zijn en onze boot weer goed smerig is van hun vuile voeten begin ik aan onze lunch maar krijg een accidentje voor.
Met het afgieten van de pasta krijg ik, hoe het komt weet ik niet, een klets kokend water over mijn hand.
Jezus dat is heet…ik steek mijn hand direct onder het koude water maar als ik dat er na 10 minuten uit haal staan mijn vingers precies nog in brand.
Gans de namiddag zit ik met mijn hand in een kommetje water, t’ is een beetje onhandig en Dirk is niet zo happy dat hij alleen moet gaan winkelen, maar dat helpt veel beter tegen de pijn dan brandwondenzalf. Als ik mijn hand na een paar uur uit het water haal is er buiten een beetje rood ook helemaal niets aan te zien. Oef, is me dat een opluchting!
Het dek wordt geschrobd, de ijskast wordt uitgewassen, keuken, badkamers en vloer worden onder handen genomen, de kuip wordt uitgespoeld en de Narid wordt langzaamaan weer toonbaar.
Tegen de middag gaan we samen naar het wassalon en kopen en passant een nieuwe zekering voor de boegschroef.
Als we terug komen staan er twee mannen op het dek en Dirk vraagt zich verontwaardigd af wat die twee koekoeken op zijnen boot doen!
Die koekoeken werken hier voor de jachthaven en zijn bezig, samen met nog een duiker, met de meertouwen terug te ontwarren. Blijkbaar heeft die gast, die ons zaterdag geholpen heeft bij het aanleggen, gemeld dat er iets goed fout is met die touwen.
Nu krijgen we de bevestiging dat geen van ons twee verantwoordelijk was voor dat geknoei van toen. Hopelijk krijgen we wel niet onder ons voeten dat we een koord hebben doorgesneden. Dirk was in het water moeten gaan om de propeller te verlossen van dat touw maar omdat dat zo als een bobijntje was opgerold rond de schroef zag hij geen andere oplossing dan het touw doorsnijden. We hebben er wel terug een knoopje in gelegd maar ja…
Als die mannen eindelijk weg zijn en onze boot weer goed smerig is van hun vuile voeten begin ik aan onze lunch maar krijg een accidentje voor.
Met het afgieten van de pasta krijg ik, hoe het komt weet ik niet, een klets kokend water over mijn hand.
Jezus dat is heet…ik steek mijn hand direct onder het koude water maar als ik dat er na 10 minuten uit haal staan mijn vingers precies nog in brand.
Gans de namiddag zit ik met mijn hand in een kommetje water, t’ is een beetje onhandig en Dirk is niet zo happy dat hij alleen moet gaan winkelen, maar dat helpt veel beter tegen de pijn dan brandwondenzalf. Als ik mijn hand na een paar uur uit het water haal is er buiten een beetje rood ook helemaal niets aan te zien. Oef, is me dat een opluchting!
Het weer voorspellen is blijkbaar nog altijd geen exacte wetenschap maar meer een natte vinger gedoe.
We zouden geen spiertje wind tegenkomen onderweg naar de Canarische, maar onze zeilen staan mooi bol met een 22 tal knopen erin. We gaan lekker voortuit aan een gemiddelde snelheid van 11 km/uur of 6 knopen. We gaan zelfs zo goed dat we onze zeilen moeten reven!
Vandaag hebben we alles mee, de wind, de stroom, de golven en het zonnetje schijnt naar hartelust.
In de eerste 24 uur leggen we een afstand af van 137 Nm (zo’n 250 km) en dat is voor onze boot zeker niet slecht.
Dag 2 is een ander verhaal.
Blijkbaar was die vinger van de weerman toch niet zo nat want hij krijgt met een dag vertraging toch nog gelijk.
Precies 24 uur na ons vertrek zijn we verplicht om de motor te starten omdat de wind is weggevallen. We zien onze snelheid dalen en de ETA (estimated time of arrival) op onze GPS stijgen. Gisterenavond hadden we nog 25 uur to go en deze voormiddag nog 30 uur to go. Echt tof zo’n GPS, die doet niets anders dan van gedacht veranderen.
Deze nacht is het verschrikkelijk donker, er zijn wel een paar sterrekes maar geen maan en je ziet bijna niet waar de zee eindigt en de hemel begint. Voor alle zekerheid zet ik af en toe de radar op en kijk regelmatig op de AIS of er geen schepen in de buurt zijn .
Gisteren is Dirk tijdens zijn wacht 1 schip tegengekomen en vannacht moet ik uitwijken voor een cargo. Die wachten hebben dus wel zin al ook al is het soms moeilijk om wakker te blijven.
Deze keer heb ik wel een remedie tegen de slaap gevonden, ik ben gewoon brood aan het bakken. Na een paar uurtjes ruikt het hier heerlijk naar vers gebakken brood en als mijn wacht erop zit heb ik nog lang geen vaak en laat Dirk nog maar een uurtje liggen. Als hij wakker wordt is hij een beetje boos omdat ik zo lang ben doorgegaan maar wel goed uitgeslapen.
Dag drie ziet er ongeveer hetzelfde uit als gisteren. Geen wind, platte zee en een GPS die de ETA alsmaar verlaat.
Na 55 uur waarvan 30 uur op motor komen we aan in Las Palmas op Gran Canaria.
Hier in de jachthaven hebben ze geen vingerpontoons maar moet je de boeg vastmaken aan meerlijnen die je uit het water opvist en de achterkant van de boot aan de steiger (kan natuurlijk ook andersom).
Bij het omhoogtrekken van zo’n meerlijn trekt onze boot helemaal scheef en als Dirk de boegschroeg opzet om ons terug recht te zetten komt het touw in de propeller. Dikke miserie natuurlijk want de zekering van de boegschroef springt kapot en de boot wilt maar niet recht komen te liggen. Uiteindelijk na veel gesukkel en gesakker liggen we vast.
We geven alle twee de ander de schuld van het gebeurde maar als we er eens rustig gaan bij zitten en goed kijken zien we dat de meertouwen in de war liggen en geen van ons twee er iets kon aan doen.
Allemaal goed en wel en ik voel me een beetje opgelucht, maar ondertussen zitten we toch weeral met de gebakken peren.
We zouden geen spiertje wind tegenkomen onderweg naar de Canarische, maar onze zeilen staan mooi bol met een 22 tal knopen erin. We gaan lekker voortuit aan een gemiddelde snelheid van 11 km/uur of 6 knopen. We gaan zelfs zo goed dat we onze zeilen moeten reven!
Vandaag hebben we alles mee, de wind, de stroom, de golven en het zonnetje schijnt naar hartelust.
In de eerste 24 uur leggen we een afstand af van 137 Nm (zo’n 250 km) en dat is voor onze boot zeker niet slecht.
Dag 2 is een ander verhaal.
Blijkbaar was die vinger van de weerman toch niet zo nat want hij krijgt met een dag vertraging toch nog gelijk.
Precies 24 uur na ons vertrek zijn we verplicht om de motor te starten omdat de wind is weggevallen. We zien onze snelheid dalen en de ETA (estimated time of arrival) op onze GPS stijgen. Gisterenavond hadden we nog 25 uur to go en deze voormiddag nog 30 uur to go. Echt tof zo’n GPS, die doet niets anders dan van gedacht veranderen.
Deze nacht is het verschrikkelijk donker, er zijn wel een paar sterrekes maar geen maan en je ziet bijna niet waar de zee eindigt en de hemel begint. Voor alle zekerheid zet ik af en toe de radar op en kijk regelmatig op de AIS of er geen schepen in de buurt zijn .
Gisteren is Dirk tijdens zijn wacht 1 schip tegengekomen en vannacht moet ik uitwijken voor een cargo. Die wachten hebben dus wel zin al ook al is het soms moeilijk om wakker te blijven.
Deze keer heb ik wel een remedie tegen de slaap gevonden, ik ben gewoon brood aan het bakken. Na een paar uurtjes ruikt het hier heerlijk naar vers gebakken brood en als mijn wacht erop zit heb ik nog lang geen vaak en laat Dirk nog maar een uurtje liggen. Als hij wakker wordt is hij een beetje boos omdat ik zo lang ben doorgegaan maar wel goed uitgeslapen.
Dag drie ziet er ongeveer hetzelfde uit als gisteren. Geen wind, platte zee en een GPS die de ETA alsmaar verlaat.
Na 55 uur waarvan 30 uur op motor komen we aan in Las Palmas op Gran Canaria.
Hier in de jachthaven hebben ze geen vingerpontoons maar moet je de boeg vastmaken aan meerlijnen die je uit het water opvist en de achterkant van de boot aan de steiger (kan natuurlijk ook andersom).
Bij het omhoogtrekken van zo’n meerlijn trekt onze boot helemaal scheef en als Dirk de boegschroeg opzet om ons terug recht te zetten komt het touw in de propeller. Dikke miserie natuurlijk want de zekering van de boegschroef springt kapot en de boot wilt maar niet recht komen te liggen. Uiteindelijk na veel gesukkel en gesakker liggen we vast.
We geven alle twee de ander de schuld van het gebeurde maar als we er eens rustig gaan bij zitten en goed kijken zien we dat de meertouwen in de war liggen en geen van ons twee er iets kon aan doen.
Allemaal goed en wel en ik voel me een beetje opgelucht, maar ondertussen zitten we toch weeral met de gebakken peren.
Volgens de weerberichten wordt er tegen het weekend een depressie verwacht en kunnen wij ons maar beter gaan haasten om naar de Canarische over te steken.
Ik vind het spijtig dat we al moeten vertrekken want er is hier nog zoveel te zien en te doen.
Je kan met een soort zeepkisten de berg afglijden en dat schijnt onvergetelijk plezant te zijn, je hebt hier het Luarissilva forest, herkend door de Unesco als werelderfgoed, je hebt hier vulkanische meren en tal van beschermde natuurgebieden. Je hebt hier nog verschillende tuinen zoals de Tropische tuin, de Orchidé tuin, panoramische tuin en…
Maar ja, doordat het weer niet zo schitterend was - het regent vandaag ook weeral- hebben we veel tijd verloren.
De tocht naar Gran Canaria zal maar een 2 tal dagen duren dus veel inkopen moeten we niet doen.
Wel moeten we onze dieseltank weer propvol vullen want we zullen niet veel wind zien voor zaterdag en kunnen er niet op wachten vanwege die depressie.
Voor de rest houden we ons vandaag bezig met alles nog eens na te kijken aan boord. De giek wordt gesmeerd, de giekrail krijgt nieuwe bolletjes, het kookvuur wordt waterpas gezet (Dirk wil zeker goed eten onderweg?), Bieke wordt opgevouwen en alles wat los zit wordt vastgemaakt.
Na nog een laatste English Tea kruipen we vroeg onder de wol zodat we morgen lekker fit en goed uitgeslapen kunnen vertrekken.
Ik vind het spijtig dat we al moeten vertrekken want er is hier nog zoveel te zien en te doen.
Je kan met een soort zeepkisten de berg afglijden en dat schijnt onvergetelijk plezant te zijn, je hebt hier het Luarissilva forest, herkend door de Unesco als werelderfgoed, je hebt hier vulkanische meren en tal van beschermde natuurgebieden. Je hebt hier nog verschillende tuinen zoals de Tropische tuin, de Orchidé tuin, panoramische tuin en…
Maar ja, doordat het weer niet zo schitterend was - het regent vandaag ook weeral- hebben we veel tijd verloren.
De tocht naar Gran Canaria zal maar een 2 tal dagen duren dus veel inkopen moeten we niet doen.
Wel moeten we onze dieseltank weer propvol vullen want we zullen niet veel wind zien voor zaterdag en kunnen er niet op wachten vanwege die depressie.
Voor de rest houden we ons vandaag bezig met alles nog eens na te kijken aan boord. De giek wordt gesmeerd, de giekrail krijgt nieuwe bolletjes, het kookvuur wordt waterpas gezet (Dirk wil zeker goed eten onderweg?), Bieke wordt opgevouwen en alles wat los zit wordt vastgemaakt.
Na nog een laatste English Tea kruipen we vroeg onder de wol zodat we morgen lekker fit en goed uitgeslapen kunnen vertrekken.
23
Zondag konden we de Marina in als we wilden, maar omdat de golfslag verdwenen was en we geen last meer hadden van dat rollen, hadden we besloten om te blijven liggen aan ons anker. Vandaag hebben we daar een beetje spijt van. Het rollen is weer begonnen.
Omdat ik al een tijdje zin heb in verse scampi’s wandelen we naar de groentemarkt/vismijn.
In de ganse mijn valt er geen scampi te bespeuren. Wel allerlei soorten onbekende vis en van die grote stukken verse tonijn. Als ik aan verse gegrilde tonijn denk loopt het water me al in de mond, maar dat durf ik nu toch niet kopen. Ik koester nog altijd de hoop ooit zelf tonijn te vangen en dan hebben we voor een paar dagen tonijnontbijt, tonijnlunch en tonijndinner en het lijkt me dan maar beter om die tonijn nu nog maar eventjes te laten.
In de supermarkt hebben we meer geluk, daar liggen de scampi’s al op ons te wachten.
Als we met onze visvangst in ons Bieke terug naar de boot zoemen roept Jean-Philippe om even langs te komen. Hij vraagt of we misschien geïnteresseerd zijn in 15 liter 2takt benzine. Ja natuurlijk zijn we dat, wat moet dat nog kosten?
Och niks, dat staat in zijne weg en als hij ons er plezier mee kan doen is dat voor hem goed genoeg.
Oké, kunnen wij hem dan misschien plezier doen met hem uit te nodigen om vanavond mee scampi’s te eten?
Ja, dat kunnen we als hij het aperitief en de wijn mag meebrengen. (dan is hij er zeker van dat hij geen medicinale alcohol krijgt).
Wanneer we de buiskap gaan afhalen bij Freya - als bijverdienste repareert zij zeilen, buiskappen en bimini’s en de onze moest dringend herstikt worden- geeft ze ons 20% korting op de afgesproken prijs.
Dat was nu niet nodig, maar misschien hebben zij ook wel zin in scampi’s vanavond?
Ja dat hebben zij wel, als ze het bier mogen meebrengen.
Tegen 20.00 zijn onze gasten er, Jean-Philippe mooi uitgedost en met nog een extra cadeautje voor Dirk: een halve gerookte ham aan een koordje.
Die wordt niet opgehangen, no way!
Ik maak de scampi’s heel eenvoudig klaar, gewoon met veel look, olijfolie, een beetje paprikapoeder en pili-pili, geserveerd met brood en een salade. Er wordt van gesmuld dat het een lieve lust is en het duurt niet lang of de kuip is vettig van de olie en hangt vol scampipellen maar dat ruimen we morgen wel op
Omdat ik al een tijdje zin heb in verse scampi’s wandelen we naar de groentemarkt/vismijn.
In de ganse mijn valt er geen scampi te bespeuren. Wel allerlei soorten onbekende vis en van die grote stukken verse tonijn. Als ik aan verse gegrilde tonijn denk loopt het water me al in de mond, maar dat durf ik nu toch niet kopen. Ik koester nog altijd de hoop ooit zelf tonijn te vangen en dan hebben we voor een paar dagen tonijnontbijt, tonijnlunch en tonijndinner en het lijkt me dan maar beter om die tonijn nu nog maar eventjes te laten.
In de supermarkt hebben we meer geluk, daar liggen de scampi’s al op ons te wachten.
Als we met onze visvangst in ons Bieke terug naar de boot zoemen roept Jean-Philippe om even langs te komen. Hij vraagt of we misschien geïnteresseerd zijn in 15 liter 2takt benzine. Ja natuurlijk zijn we dat, wat moet dat nog kosten?
Och niks, dat staat in zijne weg en als hij ons er plezier mee kan doen is dat voor hem goed genoeg.
Oké, kunnen wij hem dan misschien plezier doen met hem uit te nodigen om vanavond mee scampi’s te eten?
Ja, dat kunnen we als hij het aperitief en de wijn mag meebrengen. (dan is hij er zeker van dat hij geen medicinale alcohol krijgt).
Wanneer we de buiskap gaan afhalen bij Freya - als bijverdienste repareert zij zeilen, buiskappen en bimini’s en de onze moest dringend herstikt worden- geeft ze ons 20% korting op de afgesproken prijs.
Dat was nu niet nodig, maar misschien hebben zij ook wel zin in scampi’s vanavond?
Ja dat hebben zij wel, als ze het bier mogen meebrengen.
Tegen 20.00 zijn onze gasten er, Jean-Philippe mooi uitgedost en met nog een extra cadeautje voor Dirk: een halve gerookte ham aan een koordje.
Die wordt niet opgehangen, no way!
Ik maak de scampi’s heel eenvoudig klaar, gewoon met veel look, olijfolie, een beetje paprikapoeder en pili-pili, geserveerd met brood en een salade. Er wordt van gesmuld dat het een lieve lust is en het duurt niet lang of de kuip is vettig van de olie en hangt vol scampipellen maar dat ruimen we morgen wel op
22
Zoals elke sportieve toerist in Madeira willen we ook nog een wandeling maken langs een levada.
Levadas zijn opmerkelijke, ingenieuze irrigatie systemen die lang geleden werden aangelegd om het water van de bergen naar de valleien en steden te brengen. Er zijn zo ongeveer 14000 m levadas die je kan volgen in de bergen, de bossen of aan de kust.
Wij hebben op ons plannetje een wandeling gevonden van 11km die vertrekt in Ribeiro Frio en eindigt in Portela. Het grote voordeel van deze wandeling is dat we de bus kunnen nemen naar het vertrekpunt en dat we in Portela terug een bus hebben naar Funchal.
In ons boekje staan ook de uren van de bus, maar dat is niet heel duidelijk. Het lijkt ons veiliger om eerst eens te informeren hoe dat zit met die bussen.
Blijkbaar bestaan er op Maderia drie verschillende busmaatschappijen die allemaal naar andere bestemmingen rijden. We worden dan ook van het kastje naar de muur gestuurd, maar na 2uur en 4 km over en weer wandelen hebben we dan toch onze info.
We hebben exact 4 uur tijd voor een wandeling die volgens het boekje 4 uur duurt. Moet lukken niet?
James en Freya willen dit voor geen geld missen en komen mee.
De rit naar Ribeiro Frio op zich is al de moeite waard. We klimmen hoog de bergen in en rijden door de wolken naar de zon.
De wandeling is fantastisch en gaat over smalle paadjes langs rotsen en ravijnen. De weg vinden is niet moeilijk, we moeten gewoon het water blijven volgen soms door kleine tunnels.
De uitzichten hier zijn echt wauw…Groene gloeiende bergen rondom ons en niets anders dan de pure natuur.
Het doet ons deugd om zo eens stevig door te wandelen in de bossen. We hebben er blijkbaar ook goed de pas ingezet want na 3 uur staan we al in Portela.
Oké, dan hebben we nog ruim tijd voor een biertje voordat we terug de bus op moeten.
Die uurtabellen van het openbaar vervoer kloppen langs geen kanten, want we zitten nog maar pas of er staat al een bus. Het is de omnibus naar Funchal die ons de kans geeft om al rijdend de ganse westkant van Madeira te ontdekken. We rijden door berg en dal en piepkleine dorpjes en kijken genietend onze ogen uit en komen tot de conclusie dat Madeira het omweggetje van 100Nm zeker de moeite waard was.
Levadas zijn opmerkelijke, ingenieuze irrigatie systemen die lang geleden werden aangelegd om het water van de bergen naar de valleien en steden te brengen. Er zijn zo ongeveer 14000 m levadas die je kan volgen in de bergen, de bossen of aan de kust.
Wij hebben op ons plannetje een wandeling gevonden van 11km die vertrekt in Ribeiro Frio en eindigt in Portela. Het grote voordeel van deze wandeling is dat we de bus kunnen nemen naar het vertrekpunt en dat we in Portela terug een bus hebben naar Funchal.
In ons boekje staan ook de uren van de bus, maar dat is niet heel duidelijk. Het lijkt ons veiliger om eerst eens te informeren hoe dat zit met die bussen.
Blijkbaar bestaan er op Maderia drie verschillende busmaatschappijen die allemaal naar andere bestemmingen rijden. We worden dan ook van het kastje naar de muur gestuurd, maar na 2uur en 4 km over en weer wandelen hebben we dan toch onze info.
We hebben exact 4 uur tijd voor een wandeling die volgens het boekje 4 uur duurt. Moet lukken niet?
James en Freya willen dit voor geen geld missen en komen mee.
De rit naar Ribeiro Frio op zich is al de moeite waard. We klimmen hoog de bergen in en rijden door de wolken naar de zon.
De wandeling is fantastisch en gaat over smalle paadjes langs rotsen en ravijnen. De weg vinden is niet moeilijk, we moeten gewoon het water blijven volgen soms door kleine tunnels.
De uitzichten hier zijn echt wauw…Groene gloeiende bergen rondom ons en niets anders dan de pure natuur.
Het doet ons deugd om zo eens stevig door te wandelen in de bossen. We hebben er blijkbaar ook goed de pas ingezet want na 3 uur staan we al in Portela.
Oké, dan hebben we nog ruim tijd voor een biertje voordat we terug de bus op moeten.
Die uurtabellen van het openbaar vervoer kloppen langs geen kanten, want we zitten nog maar pas of er staat al een bus. Het is de omnibus naar Funchal die ons de kans geeft om al rijdend de ganse westkant van Madeira te ontdekken. We rijden door berg en dal en piepkleine dorpjes en kijken genietend onze ogen uit en komen tot de conclusie dat Madeira het omweggetje van 100Nm zeker de moeite waard was.
Funchal kennen we nu bijna zo goed als onze broekzak, maar er valt nog wel wat meer te zien op deze ‘floating garden’.
Vandaag besluiten we om zonder fout de ‘Botanische tuin’ te gaan bezoeken, volgens velen een aanrader die we niet mogen missen.
Naast het busstation is een kabelbaan die helemaal omhoog kruipt tot aan de tuinen. Het uitzicht vanuit zo’n bakje zou fantastisch zijn maar het prijskaartje dat eraan hangt ook. We nemen dan maar de lokale bus en gaan steil recht naar boven.
Ons eerste plan was om een motorfiets te huren en daarmee Madeira te verkennen, maar als we zien hoe die bussen en auto’s hier op deze smalle en steile weggetjes vol haarspeldbochten rijden, zijn we maar wat blij dat we dat niet gedaan hebben.
De Botanische tuin is echt mooi, zelfs in het verkeerde seizoen. In het voorjaar moet het hier magnifiek prachtig zijn.
De tuin is niet zo heel groot, maar heel goed onderhouden en je hebt er prachtige uitzichten over het eiland.
Helemaal beneden in de verte zien we ook ons huisje zachtjes wiegen op de golven.
Als we uitgewandeld zijn in den hof wordt ons een taxi aangeboden.
‘Nee nee’ zeggen we ‘we nemen de bus, volgens ons boekje is er één binnen 15 min’
‘Die uren kloppen niet meer’ wordt ons uitgelegd ‘je moet nog zeker een uur wachten voor de volgende bus, kan je beter efkes gauw een taxi nemen’
Maar wij hebben tijd zat en zitten na een kwartiertje toch in de bus richting Funchal. De rit gaat zelfs zo snel dat we eigenlijk even goed te voet hadden kunnen gaan.
Vandaag besluiten we om zonder fout de ‘Botanische tuin’ te gaan bezoeken, volgens velen een aanrader die we niet mogen missen.
Naast het busstation is een kabelbaan die helemaal omhoog kruipt tot aan de tuinen. Het uitzicht vanuit zo’n bakje zou fantastisch zijn maar het prijskaartje dat eraan hangt ook. We nemen dan maar de lokale bus en gaan steil recht naar boven.
Ons eerste plan was om een motorfiets te huren en daarmee Madeira te verkennen, maar als we zien hoe die bussen en auto’s hier op deze smalle en steile weggetjes vol haarspeldbochten rijden, zijn we maar wat blij dat we dat niet gedaan hebben.
De Botanische tuin is echt mooi, zelfs in het verkeerde seizoen. In het voorjaar moet het hier magnifiek prachtig zijn.
De tuin is niet zo heel groot, maar heel goed onderhouden en je hebt er prachtige uitzichten over het eiland.
Helemaal beneden in de verte zien we ook ons huisje zachtjes wiegen op de golven.
Als we uitgewandeld zijn in den hof wordt ons een taxi aangeboden.
‘Nee nee’ zeggen we ‘we nemen de bus, volgens ons boekje is er één binnen 15 min’
‘Die uren kloppen niet meer’ wordt ons uitgelegd ‘je moet nog zeker een uur wachten voor de volgende bus, kan je beter efkes gauw een taxi nemen’
Maar wij hebben tijd zat en zitten na een kwartiertje toch in de bus richting Funchal. De rit gaat zelfs zo snel dat we eigenlijk even goed te voet hadden kunnen gaan.
Jongens jongens wat een nacht!
De weergoden hebben vanacht ook een feestje gebouwd en zich eens goed uitgeleefd. Het heeft gans de nacht geonweerd en er staat een swell waar niet mee te lachten valt.
Een beetje wiegen aan het anker vinden we best gezellig en je valt er zo zalig van in ‘t slaap, maar dit was niet meer een beetje wiegen, dit was heen een weer geslingerd worden. We gingen nogal ne gang, de achtbaan in Walibi is er niets tegen.
De afwas die was blijven staan swingde er lustig op los in de pombak op de constante beet van het potje kruiden dat niet klem stond en het ging heel de nacht van sssjjjjjj boenk tingeling tang…..sjjjjjjjj boenk tingeling tang….sssjjjj boenk tingeling tang….
In onze kooi was het ook een hels lawaai van de golven die tegen de boeg klotsten en het trillen van de ankerketting door de krachten die erop kwamen te staan veroorzaakt door de wind en golven. Je hoorde de ketting letterlijk zuchten onder elke golf. We hebben bijna geen oog dicht gedaan en Dirk is ongeveer om het uur gaan kijken of alles nog wel in orde was.
Vandaag hebben we afgesproken met James en Freya om de botanische tuin te bezichtigen, maar zij zien het niet zitten om hun boot in deze weersomstandigheden alleen achter te laten en zeggen af. Dirk is eigenlijk opgelucht dat de afspraak niet doorgaat want hij is er natuurlijk ook weer niets gerust op, hoewel hij vanmorgen nog zei dat we na vannacht geen schrik meer moesten hebben dat het anker niet goed vast zou zitten.
Vol goede moed begint hij dan maar aan zijn loodgieters werk. De kraan die je moet openzetten om de wc door te spoelen krijg je bijna niet open- of dichtgedraaid. Het is zelfs zo erg dat we vrezen dat ze een dees dagen afbreekt en we met een gat in de boot zitten. Daarom hebben we gisteren een nieuwe in kunststof gekocht, die normaal gezien soepeler zijn en blijven in gebruik.
De oude rommel eruit slopen gaat als een fluitje van een cent, maar heropbouwen is een andere zaak. De nieuwe kraan heeft een grotere diameter dan de afvoerdarm en die darm is bovendien goed aangeladen. Na een uurtje (sorry voor mijn taalgebruik) stront schrapen hangt er niet alleen een grote grijze wolk boven Funchal, maar hebben we binnen ook last van een serieuze donderwolk.
We schommelen ook nog altijd zo over en weer en dat is niet bevorderlijk voor de werkzaamheden noch voor de moraal.
Tegen een uur of drie in de namiddag hebben we het dan ook gehad en vluchten naar de wal waar we zolang mogelijk blijven rondhangen.
De weergoden hebben vanacht ook een feestje gebouwd en zich eens goed uitgeleefd. Het heeft gans de nacht geonweerd en er staat een swell waar niet mee te lachten valt.
Een beetje wiegen aan het anker vinden we best gezellig en je valt er zo zalig van in ‘t slaap, maar dit was niet meer een beetje wiegen, dit was heen een weer geslingerd worden. We gingen nogal ne gang, de achtbaan in Walibi is er niets tegen.
De afwas die was blijven staan swingde er lustig op los in de pombak op de constante beet van het potje kruiden dat niet klem stond en het ging heel de nacht van sssjjjjjj boenk tingeling tang…..sjjjjjjjj boenk tingeling tang….sssjjjj boenk tingeling tang….
In onze kooi was het ook een hels lawaai van de golven die tegen de boeg klotsten en het trillen van de ankerketting door de krachten die erop kwamen te staan veroorzaakt door de wind en golven. Je hoorde de ketting letterlijk zuchten onder elke golf. We hebben bijna geen oog dicht gedaan en Dirk is ongeveer om het uur gaan kijken of alles nog wel in orde was.
Vandaag hebben we afgesproken met James en Freya om de botanische tuin te bezichtigen, maar zij zien het niet zitten om hun boot in deze weersomstandigheden alleen achter te laten en zeggen af. Dirk is eigenlijk opgelucht dat de afspraak niet doorgaat want hij is er natuurlijk ook weer niets gerust op, hoewel hij vanmorgen nog zei dat we na vannacht geen schrik meer moesten hebben dat het anker niet goed vast zou zitten.
Vol goede moed begint hij dan maar aan zijn loodgieters werk. De kraan die je moet openzetten om de wc door te spoelen krijg je bijna niet open- of dichtgedraaid. Het is zelfs zo erg dat we vrezen dat ze een dees dagen afbreekt en we met een gat in de boot zitten. Daarom hebben we gisteren een nieuwe in kunststof gekocht, die normaal gezien soepeler zijn en blijven in gebruik.
De oude rommel eruit slopen gaat als een fluitje van een cent, maar heropbouwen is een andere zaak. De nieuwe kraan heeft een grotere diameter dan de afvoerdarm en die darm is bovendien goed aangeladen. Na een uurtje (sorry voor mijn taalgebruik) stront schrapen hangt er niet alleen een grote grijze wolk boven Funchal, maar hebben we binnen ook last van een serieuze donderwolk.
We schommelen ook nog altijd zo over en weer en dat is niet bevorderlijk voor de werkzaamheden noch voor de moraal.
Tegen een uur of drie in de namiddag hebben we het dan ook gehad en vluchten naar de wal waar we zolang mogelijk blijven rondhangen.
19
Tegen de middag gaan we Dirk’s welverdiende biertje drinken bij Gils. Hij verwelkomt ons hartelijk: ‘Ah mijn redders (ik zit er eigenlijk voor niets tussen maar vind het wel leuk om zo ontvangen te worden) drink iets van mij’
James en Freya, de Engelse buren zijn er ook en het wordt een plezante internationale babbel.
Achteraf gaan we even boodschappen doen en de gasfles wegbrengen om te hervullen, maar we blijven gans de dag in de buurt van de haven want Dirk is er na dat avontuur van gisteren weeral niks gerust in.
‘Eerst effe kijken of ons anker het wel houdt.’
Als we terug thuis zijn krijgen we bezoek van Jean-Philippe en iets later ook van James en Freya. Het Engelse koppeltje is best tevreden met een biertje maar Jean-Philippe zou wel een glaasje rhum lusten. Tja…, dat hebben we niet in aan boord…maar misschien lust hij wel een Bols’ graanjenevertje goed koud geserveerd?
‘Bah’ zegt hij ’smaakt just naar medicinale alcohol’.
En wij waren nog zo zuinig op onze heerlijke jenever!
Maar zoals elke echte Fransman is hij ook wel tevreden met een glaasje wijn.
Een beetje later vraagt hij of we niet met zijn allen bij hem komen eten.
Ja waarom ook niet, onze patatjes zijn al wel gescheld en de boontjes staan ook gereed om gestoofd te worden, maar dat zal wel allemaal goed blijven tot morgen zeker.
Omdat James en Freya geen ijskast aan boord hebben brengen zij hunne middag die al was gereed gemaakt mee.
Jean-Philippe schotelt ons een stoofsel van rode boontjes en vlees voor.
Dirk zit er maar een beetje raar naar te koekeloeren en moet gelijk terugdenken aan die varkensoren van overlaatst.
‘Neem maar’ zegt hij tegen mij, ‘dan zal ik eerst wel eens van jouw bord proeven. ‘
Zijn achterdocht wordt ook nog eens aangewakkerd als Jean -Philippe zegt dat we alles mogen op eten en we niets voor hem moeten over laten.
Hij heeft er gisteren, vanmorgen en deze middag al van gegeten en kan nu geen boontjes meer zien.
Het smaakt heerlijk! Het zijn boontjes en rundstoofvlees klaar gesudderd in kokosmelk.
Ook de Engelse stew is lekker, maar vooral…het is weer een supergezellige avond.
James en Freya, de Engelse buren zijn er ook en het wordt een plezante internationale babbel.
Achteraf gaan we even boodschappen doen en de gasfles wegbrengen om te hervullen, maar we blijven gans de dag in de buurt van de haven want Dirk is er na dat avontuur van gisteren weeral niks gerust in.
‘Eerst effe kijken of ons anker het wel houdt.’
Als we terug thuis zijn krijgen we bezoek van Jean-Philippe en iets later ook van James en Freya. Het Engelse koppeltje is best tevreden met een biertje maar Jean-Philippe zou wel een glaasje rhum lusten. Tja…, dat hebben we niet in aan boord…maar misschien lust hij wel een Bols’ graanjenevertje goed koud geserveerd?
‘Bah’ zegt hij ’smaakt just naar medicinale alcohol’.
En wij waren nog zo zuinig op onze heerlijke jenever!
Maar zoals elke echte Fransman is hij ook wel tevreden met een glaasje wijn.
Een beetje later vraagt hij of we niet met zijn allen bij hem komen eten.
Ja waarom ook niet, onze patatjes zijn al wel gescheld en de boontjes staan ook gereed om gestoofd te worden, maar dat zal wel allemaal goed blijven tot morgen zeker.
Omdat James en Freya geen ijskast aan boord hebben brengen zij hunne middag die al was gereed gemaakt mee.
Jean-Philippe schotelt ons een stoofsel van rode boontjes en vlees voor.
Dirk zit er maar een beetje raar naar te koekeloeren en moet gelijk terugdenken aan die varkensoren van overlaatst.
‘Neem maar’ zegt hij tegen mij, ‘dan zal ik eerst wel eens van jouw bord proeven. ‘
Zijn achterdocht wordt ook nog eens aangewakkerd als Jean -Philippe zegt dat we alles mogen op eten en we niets voor hem moeten over laten.
Hij heeft er gisteren, vanmorgen en deze middag al van gegeten en kan nu geen boontjes meer zien.
Het smaakt heerlijk! Het zijn boontjes en rundstoofvlees klaar gesudderd in kokosmelk.
Ook de Engelse stew is lekker, maar vooral…het is weer een supergezellige avond.
18
Vandaag waren we wel paraat om 10u om verbinding te maken met de radioamateurs van de NOL.
Daarna zijn we in ons Bieke gestapt om ons nog eens in te klaren in Madeira , blijkbaar moet dat hier elkes keer opnieuw als je een haven aanloopt en wij dachten; we liggen net buiten de haven voor anker, dan hoeft het misschien niet ,maar het moest wel!
En de mannen van de GNR die lachen der hier nie mee zene…
Onderweg stoppen we bij een jacht dat de Belgische vlag voert, daar zit ene Jean-Philippe op, wreed rare gast en gene Belg maar ne Fransman!
Om 11u in de voormiddag zet die ons gelijk een glas rhum voor onze neus en begint zijn levensverhaal aan ons te vertellen, dat hij zijn boot zelf gebouwd heeft en ondertussen al ongeveer 20j rond zwerft op deze aardkloot en …… de rhum zit ondertussen al vrij hoog als we doorgaan naar de haven om onze papieren in orde te maken.
Allé we geraken dan toch nog ingeklaard en gaan op verkenning in Fuchal. We zijn weer eens aangenaam verrast; het is hier mooi en gezellig. Het lijkt erop dat hoe verder we naar het zuiden gaan hoe beter het wordt en de mensen worden alsmaar vriendelijker, maar goed ook anders zou het maar een saaie reis worden hé.
Na onze verkenningstocht gaan we terug naar de boot. Onderweg worden we overvallen door een hevige regenbui en moeten we gaan schuilen. We profiteren dan maar gelijk van de situatie en gaan een pizzake eten ! Pizzake is heerlijk !
Als die op is lijkt het erop dat het droog blijft en we springen in ons Bieke en snorren naar onze boot. Halverwege krijgen we toch weer een plensbui in onze nek en nu kunnen we niet gaan schuilen !
Als half verzopen katten komen we aan boord van de Narid! Ik had nog maar net droge spullen aan of ik zie een paar buren naar een ander jacht schieten met hun bijbootjes !
De boot van een Fransman is losgeslagen en drijft naar de wal en de eigenaar is niet aan boord. Ik vlieg met ons Bieke volgas er naartoe om te helpen. Met veel moeite kunnen we met drie bijbootjes het jacht net redden. We gooien een noodanker uit dat James, een Engelsman, had meegenomen, maar de ketting van het schip was gebroken en niet meer lang genoeg om haar op zijn plaats te houden. Ondertussen is ook de schipper aangekomen en weet niet waar hij het heeft. We sporen hem aan om zijn motor te
starten en verder van de wal te gaan maar hij zegt ons dat die kapot is. Na een beetje over en weer gepalaver besluiten we zijn boot in de haven te slepen met onze dinghy’s. De fransman is dolgelukkig dat zijn jacht gered is en nodigt ons morgen uit om bij hem wat te komen drinken
Daarna zijn we in ons Bieke gestapt om ons nog eens in te klaren in Madeira , blijkbaar moet dat hier elkes keer opnieuw als je een haven aanloopt en wij dachten; we liggen net buiten de haven voor anker, dan hoeft het misschien niet ,maar het moest wel!
En de mannen van de GNR die lachen der hier nie mee zene…
Onderweg stoppen we bij een jacht dat de Belgische vlag voert, daar zit ene Jean-Philippe op, wreed rare gast en gene Belg maar ne Fransman!
Om 11u in de voormiddag zet die ons gelijk een glas rhum voor onze neus en begint zijn levensverhaal aan ons te vertellen, dat hij zijn boot zelf gebouwd heeft en ondertussen al ongeveer 20j rond zwerft op deze aardkloot en …… de rhum zit ondertussen al vrij hoog als we doorgaan naar de haven om onze papieren in orde te maken.
Allé we geraken dan toch nog ingeklaard en gaan op verkenning in Fuchal. We zijn weer eens aangenaam verrast; het is hier mooi en gezellig. Het lijkt erop dat hoe verder we naar het zuiden gaan hoe beter het wordt en de mensen worden alsmaar vriendelijker, maar goed ook anders zou het maar een saaie reis worden hé.
Na onze verkenningstocht gaan we terug naar de boot. Onderweg worden we overvallen door een hevige regenbui en moeten we gaan schuilen. We profiteren dan maar gelijk van de situatie en gaan een pizzake eten ! Pizzake is heerlijk !
Als die op is lijkt het erop dat het droog blijft en we springen in ons Bieke en snorren naar onze boot. Halverwege krijgen we toch weer een plensbui in onze nek en nu kunnen we niet gaan schuilen !
Als half verzopen katten komen we aan boord van de Narid! Ik had nog maar net droge spullen aan of ik zie een paar buren naar een ander jacht schieten met hun bijbootjes !
De boot van een Fransman is losgeslagen en drijft naar de wal en de eigenaar is niet aan boord. Ik vlieg met ons Bieke volgas er naartoe om te helpen. Met veel moeite kunnen we met drie bijbootjes het jacht net redden. We gooien een noodanker uit dat James, een Engelsman, had meegenomen, maar de ketting van het schip was gebroken en niet meer lang genoeg om haar op zijn plaats te houden. Ondertussen is ook de schipper aangekomen en weet niet waar hij het heeft. We sporen hem aan om zijn motor te
starten en verder van de wal te gaan maar hij zegt ons dat die kapot is. Na een beetje over en weer gepalaver besluiten we zijn boot in de haven te slepen met onze dinghy’s. De fransman is dolgelukkig dat zijn jacht gered is en nodigt ons morgen uit om bij hem wat te komen drinken
Sep
2008
woensdag, september 17, 2008 12:16 pm
We missen onze dagelijkse radioverbinding met België.
Het is zo zalig om na 4 nachten onregelmatig en weinig slaap, nog eens rustig te slapen, zonder het gehuil van de wind, het klotsen van het water, het schommelen van de boot, het gerammel van de mast en het gekraak van weet ik wat allemaal…dat we er geen genoeg van kunnen krijgen en blijven liggen tot tegen de middag.
Als we dan eindelijk tegoei wakker zijn en eens goed rondom ons kijken, willen we niets liever dan meteen terug vertrekken.
Gisteren in het donker leek de jachthaven van Quinta do Lorde een mooie, ferme moderne haven, maar bij daglicht lijkt ze een beetje op een luxueuze gevangenis. Ze hebben een berg lava voor de helft weggekapt en vlak langs de wand de pontoons voor boten aangelegd. Je ziet dus niks anders dan een zwarte muur van lava en aan de andere kant een hoog opgetrokken dijk. Voor de rest is er één taverne-restaurant en een stuk of drie vakantie appartementen. Geen winkels, bakkers of cafeetjes maar wel het
lawaai van een werf vlakbij.
Je kan met de pendelbus naar een groot warenhuis, maar die rijdt vandaag niet en morgen… misschien.
Nee zeggen we tegen elkaar, hier blijven we niet dan gaan we liever een nummertje trekken in Funchal. In de jachthaven van Funchal hebben ze maar heel weinig plaats voor passanten en ofwel moet je goed op tijd een plaatsje reserveren ofwel moet je buiten voor anker wachten tot er iemand vertrekt en natuurlijk zijn er ….wachtenden voor ons.
We worden ook verwittigd dat er serieus wat swell kan staan daar op de ankerplaats maar dat lijkt ons toch minder erg dan hier te moeten blijven.
Na eerst nog een heerlijke douche in de toch wel heel mooie sanitaire voorziening (mag ook wel voor 30€ per nacht) vertrekken we s’middags nog naar de hoofdstad. Het is maar een tochtje van 15Nm en dat stelt nu niets meer voor, dat is bijna niet de moeite om onze zeilen op te zetten!
Het is zo zalig om na 4 nachten onregelmatig en weinig slaap, nog eens rustig te slapen, zonder het gehuil van de wind, het klotsen van het water, het schommelen van de boot, het gerammel van de mast en het gekraak van weet ik wat allemaal…dat we er geen genoeg van kunnen krijgen en blijven liggen tot tegen de middag.
Als we dan eindelijk tegoei wakker zijn en eens goed rondom ons kijken, willen we niets liever dan meteen terug vertrekken.
Gisteren in het donker leek de jachthaven van Quinta do Lorde een mooie, ferme moderne haven, maar bij daglicht lijkt ze een beetje op een luxueuze gevangenis. Ze hebben een berg lava voor de helft weggekapt en vlak langs de wand de pontoons voor boten aangelegd. Je ziet dus niks anders dan een zwarte muur van lava en aan de andere kant een hoog opgetrokken dijk. Voor de rest is er één taverne-restaurant en een stuk of drie vakantie appartementen. Geen winkels, bakkers of cafeetjes maar wel het
lawaai van een werf vlakbij.
Je kan met de pendelbus naar een groot warenhuis, maar die rijdt vandaag niet en morgen… misschien.
Nee zeggen we tegen elkaar, hier blijven we niet dan gaan we liever een nummertje trekken in Funchal. In de jachthaven van Funchal hebben ze maar heel weinig plaats voor passanten en ofwel moet je goed op tijd een plaatsje reserveren ofwel moet je buiten voor anker wachten tot er iemand vertrekt en natuurlijk zijn er ….wachtenden voor ons.
We worden ook verwittigd dat er serieus wat swell kan staan daar op de ankerplaats maar dat lijkt ons toch minder erg dan hier te moeten blijven.
Na eerst nog een heerlijke douche in de toch wel heel mooie sanitaire voorziening (mag ook wel voor 30€ per nacht) vertrekken we s’middags nog naar de hoofdstad. Het is maar een tochtje van 15Nm en dat stelt nu niets meer voor, dat is bijna niet de moeite om onze zeilen op te zetten!
Van 13tot16/09/2008
We vertrekken samen met de September om 9.00 ’s morgens.
De Mi Dushi die sinds eergisteren in Lagos ligt vertrekt iets later.
De vaargeul tussen de lagune en de zee is ongeveer 3m breed en 2m diep bij laag water en het is een hele kunst om hier niet vast te lopen. (lukt bijna niemand).
Wij profiteren er nu ook efkes gauw van om onze algen en andere ongewenste gasten van de kiel te schuren. Gelukkig valt het nog goed mee en geraken we direct weer los.
De eerste 5 uren vragen we ons af waar de wind blijft. Heeft die gisteren teveel van zichzelf gegeven en is die nu al uitgeput?
Tegen 15.00u is ze eindelijk op het rendez-vous en kunnen we beginnen zeilen.
Hoe verder weg we van het vaste land zijn, hoe hoger de golven worden. Ze zouden volgens de weerkaarten 3,5 meter hoog zijn, of dat werkelijk ook zo is weet ik niet, maar als je bovenop één zit en je kijkt naar beneden krijg je bijna hoogtevrees.
De eerste golf die over komt heeft het op mij gemunt. Ik sta per uitzondering van achter in de kuip en krijg een ijskoude zeedouche. Dirk lacht zijn eigen een ongeluk…L
De nacht verloopt vlot, alleen zitten we precies in een wasmachine. We gaan zoals in dat liedje: van voor naar achter, van links naar rechts, van boven naar onder, van links naar rechts…
De volgende morgen wordt ik danig uit mijn humeur wakker. Ik had gehoopt iets langer te mogen slapen, maar mijn schatje moet naar het toilet en ik kan nog niet eens fatsoenlijk een tas koffie drinken. Probeer maar eens om koffie te drinken in een wasmachine, aartsmoeilijk is dat en al dat gesmodder oppoetsen op een nuchter maag is ook niet zo bevorderlijk voor je gemoedstoestand.
Onderweg houden we contact met de September en de Mi Dushi. We spreken elkaar regelmatig op ssb of VHF en dat maakt toch dat we ons niet zo alleen voelen op de grote oceaan. De VHF houden we ook altijd stand by in case of…
De derde dag wordt de zee een heel stuk rustiger en worden we niet meer zo door elkaar geschud. Wel is er zo om de 30 golven één heel dikke tussen die tegen onze boot mept en ons van ons sokken gooit en alles van tafel veegt. Maar ook die verdwijnt op den duur en wordt het heel smooty op zee.
Ook het wachtlopen verloopt vlot en ik moet eerlijk toegeven dat na die eerste nacht onzen Dirk mij toch wel een beetje ontziet. (’t Is toch echt een schatje)
Hij begint van 21.00 tot 01.30 dan drinken we samen een tas koffie met koekje en neem ik over van 02.00 tot 06.00. Dan wisselen we weer en slaap ik tot een uur of 10.00. In de loop van de dag slaapt Dirk dan nog een beetje en ik kruip er weer in om 21.00. Gaat goed zo.
Den dinsdag heeft Dirk op een gegeven moment toch weer zo’n honger (goesting in iets warm, want boterhammen krijg je er moeilijk in) en omdat ik nog niet wil koken ( het is nog maar 16.00) besluit hij om zelf te koken. Hij rommelt wat in onze voorraad en vindt er een blikje waarvan we denken dat het chili con carne is (kunnen geen Portugees lezen). Met het water in zijn mond wacht hij tot de boontjes lekker warm zijn. Iets later krijg ik de pot voor mijne neus gezet.
‘Hier’ zegt hij ‘gij lust toch alles, ge moogt dat allemaal hebben van mij’
‘Ja dankuwel,… ik moet ook geen varkensoren!’
Om heel eerlijk te zijn smaakt het niet slecht… maar het ziet er zo onappetijtelijk uit en de vissen kunnen er maar blij mee zijn.
S Avonds maken we met onze ssb verbinding met Amerika!
Richard van onze club is daar op vakantie en we hadden vanmorgen op onze dagelijkse afspraak gehoord dat hij rond 19.00 op antenne zou zijn.
Is een toffe sessie, we horen veel collega’s vanuit België en geraken zelf tot in de USA. Oké het rapport dat we krijgen is niet schitterend, maar hij hoort ons toch en wij kunnen bijna iedereen goed nemen.
Na 108 uren zeilen bereiken we de haven van Quinta do Lorde. Het is ondertussen alweer donker geworden en het is een beetje akelig om daar binnen te varen. We zien met moeite de ingang en moeten rechts af een donker gat binnen vlak naast een hoge muur van lava.
Elgard en Klaus van de September helpen ons bij het aanleggen in de haven en we drinken samen nog gezellig een glaasje wijn en klinken op de goede oversteek;
Van de Mi Dushi hebben we daarstraks via de radio afscheid moeten nemen, zij zijn afgeslagen bij Porto Santo waar ze een weekje willen achterblijven. We hebben afgesproken om contact te blijven houden en als het kan ergens af te spreken op de Canarische eilanden.
We vertrekken samen met de September om 9.00 ’s morgens.
De Mi Dushi die sinds eergisteren in Lagos ligt vertrekt iets later.
De vaargeul tussen de lagune en de zee is ongeveer 3m breed en 2m diep bij laag water en het is een hele kunst om hier niet vast te lopen. (lukt bijna niemand).
Wij profiteren er nu ook efkes gauw van om onze algen en andere ongewenste gasten van de kiel te schuren. Gelukkig valt het nog goed mee en geraken we direct weer los.
De eerste 5 uren vragen we ons af waar de wind blijft. Heeft die gisteren teveel van zichzelf gegeven en is die nu al uitgeput?
Tegen 15.00u is ze eindelijk op het rendez-vous en kunnen we beginnen zeilen.
Hoe verder weg we van het vaste land zijn, hoe hoger de golven worden. Ze zouden volgens de weerkaarten 3,5 meter hoog zijn, of dat werkelijk ook zo is weet ik niet, maar als je bovenop één zit en je kijkt naar beneden krijg je bijna hoogtevrees.
De eerste golf die over komt heeft het op mij gemunt. Ik sta per uitzondering van achter in de kuip en krijg een ijskoude zeedouche. Dirk lacht zijn eigen een ongeluk…L
De nacht verloopt vlot, alleen zitten we precies in een wasmachine. We gaan zoals in dat liedje: van voor naar achter, van links naar rechts, van boven naar onder, van links naar rechts…
De volgende morgen wordt ik danig uit mijn humeur wakker. Ik had gehoopt iets langer te mogen slapen, maar mijn schatje moet naar het toilet en ik kan nog niet eens fatsoenlijk een tas koffie drinken. Probeer maar eens om koffie te drinken in een wasmachine, aartsmoeilijk is dat en al dat gesmodder oppoetsen op een nuchter maag is ook niet zo bevorderlijk voor je gemoedstoestand.
Onderweg houden we contact met de September en de Mi Dushi. We spreken elkaar regelmatig op ssb of VHF en dat maakt toch dat we ons niet zo alleen voelen op de grote oceaan. De VHF houden we ook altijd stand by in case of…
De derde dag wordt de zee een heel stuk rustiger en worden we niet meer zo door elkaar geschud. Wel is er zo om de 30 golven één heel dikke tussen die tegen onze boot mept en ons van ons sokken gooit en alles van tafel veegt. Maar ook die verdwijnt op den duur en wordt het heel smooty op zee.
Ook het wachtlopen verloopt vlot en ik moet eerlijk toegeven dat na die eerste nacht onzen Dirk mij toch wel een beetje ontziet. (’t Is toch echt een schatje)
Hij begint van 21.00 tot 01.30 dan drinken we samen een tas koffie met koekje en neem ik over van 02.00 tot 06.00. Dan wisselen we weer en slaap ik tot een uur of 10.00. In de loop van de dag slaapt Dirk dan nog een beetje en ik kruip er weer in om 21.00. Gaat goed zo.
Den dinsdag heeft Dirk op een gegeven moment toch weer zo’n honger (goesting in iets warm, want boterhammen krijg je er moeilijk in) en omdat ik nog niet wil koken ( het is nog maar 16.00) besluit hij om zelf te koken. Hij rommelt wat in onze voorraad en vindt er een blikje waarvan we denken dat het chili con carne is (kunnen geen Portugees lezen). Met het water in zijn mond wacht hij tot de boontjes lekker warm zijn. Iets later krijg ik de pot voor mijne neus gezet.
‘Hier’ zegt hij ‘gij lust toch alles, ge moogt dat allemaal hebben van mij’
‘Ja dankuwel,… ik moet ook geen varkensoren!’
Om heel eerlijk te zijn smaakt het niet slecht… maar het ziet er zo onappetijtelijk uit en de vissen kunnen er maar blij mee zijn.
S Avonds maken we met onze ssb verbinding met Amerika!
Richard van onze club is daar op vakantie en we hadden vanmorgen op onze dagelijkse afspraak gehoord dat hij rond 19.00 op antenne zou zijn.
Is een toffe sessie, we horen veel collega’s vanuit België en geraken zelf tot in de USA. Oké het rapport dat we krijgen is niet schitterend, maar hij hoort ons toch en wij kunnen bijna iedereen goed nemen.
Na 108 uren zeilen bereiken we de haven van Quinta do Lorde. Het is ondertussen alweer donker geworden en het is een beetje akelig om daar binnen te varen. We zien met moeite de ingang en moeten rechts af een donker gat binnen vlak naast een hoge muur van lava.
Elgard en Klaus van de September helpen ons bij het aanleggen in de haven en we drinken samen nog gezellig een glaasje wijn en klinken op de goede oversteek;
Van de Mi Dushi hebben we daarstraks via de radio afscheid moeten nemen, zij zijn afgeslagen bij Porto Santo waar ze een weekje willen achterblijven. We hebben afgesproken om contact te blijven houden en als het kan ergens af te spreken op de Canarische eilanden.
Er staat een echte stevige bries vandaag. Dirk vertrouwt ons anker weeral eens niet en wil deze morgen liever niet naar de markt om verse groenten en fruit in te slaan. Mijn voorstel om alleen te gaan vindt hij ook maar niks, hij ziet mij nog niet dat hele eind terug roeien tegen de wind in als Bieke haar vleugeltjes het moesten begeven.
Oké, dan gaan we deze namiddag maar even naar de supermarkt.
Het aanbod hier in Portugal wat betreft groenten en fruit is maar heel pover. Ze hebben hier groene of verlepte tomaten, iets wat op salade lijkt, witte kool, wortelen, prei, mini bloemkolen aan maxi prijzen en snijbonen die ze per stuk verkopen (of toch bijna).
Met het Portugese brood is het al niet veel beter gesteld. Pas gekocht is het al droog en hard en een dag later smaakt het zuur.
De pistolets daarentegen zijn heerlijk als ze vers zijn en de taarten en gebakjes die je hier veel ziet, hebben we nog niet geproefd.
De beenhouwer ziet er ook een beetje anders uit als dan we gewoon zijn. Naast de grote hompen vlees liggen varkensoren te pronken!
Voor de rest maken we er vandaag een rustige dag van en bereiden ons mentaal en lichamelijk (Dirk houdt platte rust) voor op de trip naar Madeira.
By the way, ons anker heeft geen kik gegeven en heeft ons goed vast gehouden.
Oké, dan gaan we deze namiddag maar even naar de supermarkt.
Het aanbod hier in Portugal wat betreft groenten en fruit is maar heel pover. Ze hebben hier groene of verlepte tomaten, iets wat op salade lijkt, witte kool, wortelen, prei, mini bloemkolen aan maxi prijzen en snijbonen die ze per stuk verkopen (of toch bijna).
Met het Portugese brood is het al niet veel beter gesteld. Pas gekocht is het al droog en hard en een dag later smaakt het zuur.
De pistolets daarentegen zijn heerlijk als ze vers zijn en de taarten en gebakjes die je hier veel ziet, hebben we nog niet geproefd.
De beenhouwer ziet er ook een beetje anders uit als dan we gewoon zijn. Naast de grote hompen vlees liggen varkensoren te pronken!
Voor de rest maken we er vandaag een rustige dag van en bereiden ons mentaal en lichamelijk (Dirk houdt platte rust) voor op de trip naar Madeira.
By the way, ons anker heeft geen kik gegeven en heeft ons goed vast gehouden.
Vandaag zouden we beginnen aan onze oversteek naar de Canarische eilanden, maar onze plannen veranderen altijd even snel als dat je van onderbroek veranderd.
‘Wat is nu weer het probleem’ (ik hoor het jullie al zeggen) ‘de wind weeral?’
Ja Bingo…de wind!
Ze wordt nog altijd voorspeld, maar om haar afwezigheid een beetje goed te maken is ze van plan om eens serieus van katoen te geven. 32 knopen oftewel 7 Bf voorspellen ze en golven tot 4 meter hoog.
Onze eerste reactie is ‘Och we zijn toch geen watjes en dan zijn we toch des te sneller in Funchal’, maar als we horen dat niemand van plan is om uit te varen, lijkt het ons verstandiger om ook te wachten.
Trouwens,…onze bestemming is ook gewijzigd. Naar men zegge zou het dik zonde zijn om Madeira links te laten liggen en omdat we tijd zat hebben willen we daar effe gaan kijken. De oversteek wordt dan ook gelijk met 2 dagen ingekort en daar zijn we nu echt niet rouwig om.
Bij laag water ga ik venusschelpen rapen op de zandbank. Mosselen lust ik niet, maar deze schelpjes schijnen een delicatesse te zijn en ik wil dat wel eens uitproberen.
Tijdens het wroeten in het slijk moet ik wel geregeld mijn verstand op nul zetten. Er liggen hier zoveel boten en waarschijnlijk gaat al hun afvalwater en …rechtstreeks het water in.
Oké, sla en patatjes worden ook bemest, maar toch… Niet aan denken, de Mi Dushi zei dat ze heerlijk zijn en in de restaurants hier langs de kant betaal je er veel geld voor.
Ik spoel ze zeer grondig en gebruik waarschijnlijk iets te veel van onze watervoorraad, maar gekookt in een visbouillon en wat kruiden zijn ze echt heel lekker. Zelfs ik vind ze lekker en Elgard en Klaus, onze gasten van vanavond kunnen er ook niet vanaf blijven. Al een geluk, anders was al dat werk en dat gratis modderbad voor niks geweest
‘Wat is nu weer het probleem’ (ik hoor het jullie al zeggen) ‘de wind weeral?’
Ja Bingo…de wind!
Ze wordt nog altijd voorspeld, maar om haar afwezigheid een beetje goed te maken is ze van plan om eens serieus van katoen te geven. 32 knopen oftewel 7 Bf voorspellen ze en golven tot 4 meter hoog.
Onze eerste reactie is ‘Och we zijn toch geen watjes en dan zijn we toch des te sneller in Funchal’, maar als we horen dat niemand van plan is om uit te varen, lijkt het ons verstandiger om ook te wachten.
Trouwens,…onze bestemming is ook gewijzigd. Naar men zegge zou het dik zonde zijn om Madeira links te laten liggen en omdat we tijd zat hebben willen we daar effe gaan kijken. De oversteek wordt dan ook gelijk met 2 dagen ingekort en daar zijn we nu echt niet rouwig om.
Bij laag water ga ik venusschelpen rapen op de zandbank. Mosselen lust ik niet, maar deze schelpjes schijnen een delicatesse te zijn en ik wil dat wel eens uitproberen.
Tijdens het wroeten in het slijk moet ik wel geregeld mijn verstand op nul zetten. Er liggen hier zoveel boten en waarschijnlijk gaat al hun afvalwater en …rechtstreeks het water in.
Oké, sla en patatjes worden ook bemest, maar toch… Niet aan denken, de Mi Dushi zei dat ze heerlijk zijn en in de restaurants hier langs de kant betaal je er veel geld voor.
Ik spoel ze zeer grondig en gebruik waarschijnlijk iets te veel van onze watervoorraad, maar gekookt in een visbouillon en wat kruiden zijn ze echt heel lekker. Zelfs ik vind ze lekker en Elgard en Klaus, onze gasten van vanavond kunnen er ook niet vanaf blijven. Al een geluk, anders was al dat werk en dat gratis modderbad voor niks geweest
Ik heb het er al eens over gehad, maar we hebben dus wel echt een energie probleem. We zijn ons er wel heel goed van bewust dat wij niet alleen staan in de wereld met dit probleem en dat het bij ons meer een luxe probleem is, maar voor ons verwende westerlingen is dit toch wel even aanpassen. Het excuus van in Engeland, namelijk dat de zonnepanelen hun werk niet kunnen doen wegens gebrek aan zon kunnen we nu niet meer gebruiken. Het is hier alle dagen prachtig weer en we halen temperaturen tot tegen
de 26°C.
De windgenerator is weliswaar de laatste dagen werkloos, maar als er wind is levert die ook niet veel energie en staat daar meer als versiering mooi te wezen dan nuttig te zijn.
Als we de motor laten draaien om onze batterijen wat bij te laden, dan geraken we ook niet verder dan 6 Amp/uur maximum i.p.v. de normale 40 Amp/uur.
We moeten hier dus wel echt beknibbelen op alles wat stroom nodig heeft en 2x nadenken voor we iets doen. Al moet ik toegeven dat het ’s avonds wel gezellig is om bij kaarslicht te eten en afwassen met zo weinig licht gaat precies ook een stuk sneller, alleen geraakt de wasmand zo vol van al die keukenhanddoeken.
De werkkoffer komt erbij en we prutsen en prullen wat. Dit draadje hier op aansluiten, dat draadje daar en de motor eens starten. Geen verschil…dan nog eens anders en starten….geen verschil. We komen tot de conclusie dat de batterij isolator het niet goed doet en we die vroeg of laat zullen moeten vervangen.
Dirk heeft ook nog wat gepeuterd aan de zonnepanelen en windgenerator en die leveren nu toch wat meer energie als voorheen. Zelfs de windgenerator begint zich nuttig te maken!
Het zal nog wel even duren maar ons energieprobleem zal wel opgelost geraken, anders moet de friego uit en dat ziet Dirk niet zitten (koud biertje).
de 26°C.
De windgenerator is weliswaar de laatste dagen werkloos, maar als er wind is levert die ook niet veel energie en staat daar meer als versiering mooi te wezen dan nuttig te zijn.
Als we de motor laten draaien om onze batterijen wat bij te laden, dan geraken we ook niet verder dan 6 Amp/uur maximum i.p.v. de normale 40 Amp/uur.
We moeten hier dus wel echt beknibbelen op alles wat stroom nodig heeft en 2x nadenken voor we iets doen. Al moet ik toegeven dat het ’s avonds wel gezellig is om bij kaarslicht te eten en afwassen met zo weinig licht gaat precies ook een stuk sneller, alleen geraakt de wasmand zo vol van al die keukenhanddoeken.
De werkkoffer komt erbij en we prutsen en prullen wat. Dit draadje hier op aansluiten, dat draadje daar en de motor eens starten. Geen verschil…dan nog eens anders en starten….geen verschil. We komen tot de conclusie dat de batterij isolator het niet goed doet en we die vroeg of laat zullen moeten vervangen.
Dirk heeft ook nog wat gepeuterd aan de zonnepanelen en windgenerator en die leveren nu toch wat meer energie als voorheen. Zelfs de windgenerator begint zich nuttig te maken!
Het zal nog wel even duren maar ons energieprobleem zal wel opgelost geraken, anders moet de friego uit en dat ziet Dirk niet zitten (koud biertje).
We zijn nu al eventjes onderweg en we hebben nog niet anders gedaan als klagen en zagen over de wind.
Of ze is veel te zwak, of veel te sterk, of komt uit de verkeerde richting of….wel, nu is ze weer voor een poosje afwezig. Donderdag pas zou ze zich weer laten voelen.
Nu ja, we zitten hier dan nog wel eventjes vast.
Eigenlijk vinden we dat helemaal niet zo erg om juist hier gestrand te zijn want het is hier wel fijn.
We gaan op de koffie bij Daniël, aperitieven bij onze Nederlandse vrienden van de ‘Mi Dushi’ met de ‘Vida Vagabundi’ en drinken met onze Zwitserse kameraden - de September is hier ondertussen ook gearriveerd - een biertje in het dorp en vieren vakantie zoals het hoort.
Tussen al dat gesocialies door vind ik ook eindelijk eens de tijd om wat te lezen. Dat is toch wel ongelooflijk hé, ik lees doodgraag, heb hier kilo’s aan boeken bij en ben nog maar aan mijn derde boek. Gewoonweg geen tijd!
Waar al die tijd gebleven is vraag ik me alle dagen opnieuw af, maar je staat hier op rond 8.00 en een beetje later is het al weer donker en tijd om te gaan slapen. Very strange… maar ik heb me nog wel geen minuut verveeld.
Of ze is veel te zwak, of veel te sterk, of komt uit de verkeerde richting of….wel, nu is ze weer voor een poosje afwezig. Donderdag pas zou ze zich weer laten voelen.
Nu ja, we zitten hier dan nog wel eventjes vast.
Eigenlijk vinden we dat helemaal niet zo erg om juist hier gestrand te zijn want het is hier wel fijn.
We gaan op de koffie bij Daniël, aperitieven bij onze Nederlandse vrienden van de ‘Mi Dushi’ met de ‘Vida Vagabundi’ en drinken met onze Zwitserse kameraden - de September is hier ondertussen ook gearriveerd - een biertje in het dorp en vieren vakantie zoals het hoort.
Tussen al dat gesocialies door vind ik ook eindelijk eens de tijd om wat te lezen. Dat is toch wel ongelooflijk hé, ik lees doodgraag, heb hier kilo’s aan boeken bij en ben nog maar aan mijn derde boek. Gewoonweg geen tijd!
Waar al die tijd gebleven is vraag ik me alle dagen opnieuw af, maar je staat hier op rond 8.00 en een beetje later is het al weer donker en tijd om te gaan slapen. Very strange… maar ik heb me nog wel geen minuut verveeld.
8
Op de bbq hebben we Daniël leren kennen. Daniël is een landgenoot die hier met zijn vrouw en kindjes op de boot woont en werkt in Lagos. Hij is een echte professionele wereldzeiler, heeft minstens 1 keer de ganse toer gemaakt, verschillende keren een stukje en de Atlantische oversteek al meermaals. Binnenkort vertrekt hij als schipper van een zeer mooi zeiljacht voor een nieuw rondje. De droomjob voor elke gepassioneerde zeiler en avonturier in hart en nieren.
Hier in Alvor heeft hij ook genoeg te doen, want iedereen die ergens een probleem heeft gaat te rade bij Daniël. De vragen die hij krijgt gaan van of hij iemand weet die bekend is met scheepselektriciteit, waar je gasflessen kan laten bijvullen, tot waar het beste restaurant (lees goedkoopste) hier in het dorp te vinden is.
Wij vroegen hem waar we onderdelen (impellers!!!) voor onze motor kunnen kopen en omdat hij toch naar Lagos moet, wil hij ons wel even de weg wijzen.
We spreken af om 9.30 aan de bushalte. Ja watte…we moeten ons spoeien om dat te halen. Ontbijten, Bieke voltanken, parkeren, bougieke van Bieke eruit prutsen (hebben ook nog altijd een nieuw bougieke nodig hé)…al een geluk dat de bus te laat is, want dat zijn wij ook.
Het bezoekje aan de botenwinkel is een dure grap …en dan zeggen dat vrouwen veel geld uitgeven als ze gaan winkelen!!
Enfin, het kan niet op vandaag. We gaan zelfs nog uit eten ook.
Ik neem gegrilde sardientjes, waar ik al zo lang zin in heb en Dirk, hoe kan het anders, steak van het huis. Heerlijk gewoon, om duimen en vingers van af te likken en dat voor een prijsje waarvoor je in België niet zelf kan koken.
Hier in Alvor heeft hij ook genoeg te doen, want iedereen die ergens een probleem heeft gaat te rade bij Daniël. De vragen die hij krijgt gaan van of hij iemand weet die bekend is met scheepselektriciteit, waar je gasflessen kan laten bijvullen, tot waar het beste restaurant (lees goedkoopste) hier in het dorp te vinden is.
Wij vroegen hem waar we onderdelen (impellers!!!) voor onze motor kunnen kopen en omdat hij toch naar Lagos moet, wil hij ons wel even de weg wijzen.
We spreken af om 9.30 aan de bushalte. Ja watte…we moeten ons spoeien om dat te halen. Ontbijten, Bieke voltanken, parkeren, bougieke van Bieke eruit prutsen (hebben ook nog altijd een nieuw bougieke nodig hé)…al een geluk dat de bus te laat is, want dat zijn wij ook.
Het bezoekje aan de botenwinkel is een dure grap …en dan zeggen dat vrouwen veel geld uitgeven als ze gaan winkelen!!
Enfin, het kan niet op vandaag. We gaan zelfs nog uit eten ook.
Ik neem gegrilde sardientjes, waar ik al zo lang zin in heb en Dirk, hoe kan het anders, steak van het huis. Heerlijk gewoon, om duimen en vingers van af te likken en dat voor een prijsje waarvoor je in België niet zelf kan koken.
7
‘Die wijn van gisteren bij de bbq, die was nie goe’ zegt Dirk ‘Nen echte Château Migraine’.
Dirk zit hier met ne kater van hier tot in Timboektoe en er is niet veel leven in te krijgen vandaag.
Ben ik effe blij dat ik gisteren na het bbq-en op water ben overgeschakeld. Alhoewel, ik denk dat ik gisteren zowat een ganse badkuip heb leeggedronken en dat heb ik vannacht toch wel geweten ook. Om de 5 botten mocht ik eruit en vanmorgen was het waterpeil in de lagune een heel stuk hoger als gisteren rond dezelfde tijd. Ja…water loopt niet zo vlot binnen als bier hé, en ge krijgt er ook zo gene dorst van.
Als Dirk dan eindelijk zijn uitspatting van gisteren een beetje onder controle heeft, komt hij tot de conclusie dat het zondag is, die fameuze rustdag van de week…komt dat eventjes goed uit zeg.
t’ Was wel echt lang geleden dat we nog zo uit de bol zijn gegaan en het was echt nen plezante avond.
Zonder kalender en logboek zouden we nooit kunnen bijhouden welke dag en datum we hebben. Het enige wat we kunnen onthouden is dat het september 2008 is. Eigenlijk hebben we ook niet meer nodig dan dat en…als de winkels gesloten zijn, dan is het waarschijnlijk zondag.
Na veel moeite en vooral wegens grote honger (er is geen kruimeltje brood meer aan boord te vinden) , stappen we ons Bieke in en gaan Alvor verkennen.
Alvor is een piepklein, zeer toeristisch maar toch ongelooflijk gezellig dorpke.De sfeer die hier hangt is fantastisch. We liggen hier in de lagune met zo’n stuk of 40 boten en we zijn net ‘one big family’. Als we tussen al die bootjes onze weg naar land zoeken, wordt er langs alle kanten gedag gewuifd en houden we hier en daar eventjes halt voor een praatje.
Ook vanavond wordt er afgesproken om gezamenlijk een slaapmutsje te gaan drinken, maar wij passen liever een keertje.
En gaan vroeg slapen .
Dirk zit hier met ne kater van hier tot in Timboektoe en er is niet veel leven in te krijgen vandaag.
Ben ik effe blij dat ik gisteren na het bbq-en op water ben overgeschakeld. Alhoewel, ik denk dat ik gisteren zowat een ganse badkuip heb leeggedronken en dat heb ik vannacht toch wel geweten ook. Om de 5 botten mocht ik eruit en vanmorgen was het waterpeil in de lagune een heel stuk hoger als gisteren rond dezelfde tijd. Ja…water loopt niet zo vlot binnen als bier hé, en ge krijgt er ook zo gene dorst van.
Als Dirk dan eindelijk zijn uitspatting van gisteren een beetje onder controle heeft, komt hij tot de conclusie dat het zondag is, die fameuze rustdag van de week…komt dat eventjes goed uit zeg.
t’ Was wel echt lang geleden dat we nog zo uit de bol zijn gegaan en het was echt nen plezante avond.
Zonder kalender en logboek zouden we nooit kunnen bijhouden welke dag en datum we hebben. Het enige wat we kunnen onthouden is dat het september 2008 is. Eigenlijk hebben we ook niet meer nodig dan dat en…als de winkels gesloten zijn, dan is het waarschijnlijk zondag.
Na veel moeite en vooral wegens grote honger (er is geen kruimeltje brood meer aan boord te vinden) , stappen we ons Bieke in en gaan Alvor verkennen.
Alvor is een piepklein, zeer toeristisch maar toch ongelooflijk gezellig dorpke.De sfeer die hier hangt is fantastisch. We liggen hier in de lagune met zo’n stuk of 40 boten en we zijn net ‘one big family’. Als we tussen al die bootjes onze weg naar land zoeken, wordt er langs alle kanten gedag gewuifd en houden we hier en daar eventjes halt voor een praatje.
Ook vanavond wordt er afgesproken om gezamenlijk een slaapmutsje te gaan drinken, maar wij passen liever een keertje.
En gaan vroeg slapen .
Het plan is om naar Cabo de Sao Vicente te zeilen, daar aan te komen voor het donker, het anker eventjes uit de gooien en een uiltje te vangen en dan door te gaan tot Alvor.
Goed plan maar er komt weeral niets van in huis.
De wind waait lekker en we halen een mooie snelheid, alleen gaan we niet echt goed vooruit omdat we moeten opkruisen en onze mijlen zich verdubbelen.
Onze eerste geplande stop laten we links liggen en we trekken de nacht door tot Alvor.
Nu zijn we toch zeker nie terecht gekomen in een blue lagoon…!
We zetten hier ons anker uit, pompen de bijboot op en gaan naar de wal.
Onderweg stoppen we nog effe bij een Nederlandse boot om een paar dingen te vragen, hoe dat het hier met de winkels en zo zit. Die Nl’ers leggen alles netjes uit en ze zeggen er nog bij dat we seffes mee naar het strand moeten om te bbq’en. Der komen nog een paar yachties en wij zeggen natuurlijk dat ze ook op ons kunnen rekenen.
Tegen dat daar de boel goed aan de gang is, liggen er +/- 16 bijbootjes op het strand. Ieder moest zijn eigen eten en drinken meedoen, dus wij ribkes en een fleske wijn meegedaan ,goe gegeten en gedronken en het wordt al snel laat.
We spreken af dat iedereen effe langs zijn boot gaat om iets warmers aan te doen en elkaar dan terug te zien aan de aanlegsteiger voor dinghy’s ,om nog een stapke in de wereld te zetten. Wij naar een pub ( het krioelt hier van de Engelsen )en daar komen de halve liters aan de lopende band .
Er is ook live muziek en het is echt een toffe boel, het is lang geleden dat we nog zo uit de bol waren geweest. s’Nachts met een serieus stuk in mijn voeten terug naar de boot , als Anneke der nie bij geweest zou zijn, dan was ik nu nog aan’t snorren met de bijboot want ik was er los langs door gevaren.
Goed plan maar er komt weeral niets van in huis.
De wind waait lekker en we halen een mooie snelheid, alleen gaan we niet echt goed vooruit omdat we moeten opkruisen en onze mijlen zich verdubbelen.
Onze eerste geplande stop laten we links liggen en we trekken de nacht door tot Alvor.
Nu zijn we toch zeker nie terecht gekomen in een blue lagoon…!
We zetten hier ons anker uit, pompen de bijboot op en gaan naar de wal.
Onderweg stoppen we nog effe bij een Nederlandse boot om een paar dingen te vragen, hoe dat het hier met de winkels en zo zit. Die Nl’ers leggen alles netjes uit en ze zeggen er nog bij dat we seffes mee naar het strand moeten om te bbq’en. Der komen nog een paar yachties en wij zeggen natuurlijk dat ze ook op ons kunnen rekenen.
Tegen dat daar de boel goed aan de gang is, liggen er +/- 16 bijbootjes op het strand. Ieder moest zijn eigen eten en drinken meedoen, dus wij ribkes en een fleske wijn meegedaan ,goe gegeten en gedronken en het wordt al snel laat.
We spreken af dat iedereen effe langs zijn boot gaat om iets warmers aan te doen en elkaar dan terug te zien aan de aanlegsteiger voor dinghy’s ,om nog een stapke in de wereld te zetten. Wij naar een pub ( het krioelt hier van de Engelsen )en daar komen de halve liters aan de lopende band .
Er is ook live muziek en het is echt een toffe boel, het is lang geleden dat we nog zo uit de bol waren geweest. s’Nachts met een serieus stuk in mijn voeten terug naar de boot , als Anneke der nie bij geweest zou zijn, dan was ik nu nog aan’t snorren met de bijboot want ik was er los langs door gevaren.
4
We zijn bijna klaar voor de oversteek. Nog een paar reserve impellers en een bougieke voor ons Bieke.
In heel Sines vinden we 2 botenwinkels maar geen geschikte onderdelen. Omdat de wind ook weeral eens een beetje tegen zit besluiten we om de kust nog een beetje te blijven volgen en onze oversteek uit te stellen. In de buurt van Lagos zouden we kunnen ankeren en daar maken we meer kans om onderdelen voor de boot te vinden.
Het dineetje bij Klaus en Elgard is heel gezellig. Zij hebben een stalen Reinke en het wil lukken dat wij tijdens onze speurtocht naar een boot ook op het punt hebben gestaan om een Reinke te kopen. De September ziet er wel veel beter uit dan diegenen die wij hadden gevonden (eerlijk gezegd was dat maar een hoopje roest), maar als we de ruimte zien waarover zij beschikken zijn we toch een beetje jarloers en denken : hadden we maar….(er heel hard aan gewerkt, alles erin vernieuwd en dan waarschijnlijk
nog altijd met een hoopje miserie rondgevaren)
Ons plan om het vanavond niet te laat te maken valt natuurlijk in het water en midden in de nacht kruipen we voor een kort dutje ons bed in.
In heel Sines vinden we 2 botenwinkels maar geen geschikte onderdelen. Omdat de wind ook weeral eens een beetje tegen zit besluiten we om de kust nog een beetje te blijven volgen en onze oversteek uit te stellen. In de buurt van Lagos zouden we kunnen ankeren en daar maken we meer kans om onderdelen voor de boot te vinden.
Het dineetje bij Klaus en Elgard is heel gezellig. Zij hebben een stalen Reinke en het wil lukken dat wij tijdens onze speurtocht naar een boot ook op het punt hebben gestaan om een Reinke te kopen. De September ziet er wel veel beter uit dan diegenen die wij hadden gevonden (eerlijk gezegd was dat maar een hoopje roest), maar als we de ruimte zien waarover zij beschikken zijn we toch een beetje jarloers en denken : hadden we maar….(er heel hard aan gewerkt, alles erin vernieuwd en dan waarschijnlijk
nog altijd met een hoopje miserie rondgevaren)
Ons plan om het vanavond niet te laat te maken valt natuurlijk in het water en midden in de nacht kruipen we voor een kort dutje ons bed in.
3
Sep
2008
woensdag, september 3, 2008 12:11 pm
Gisteren hebben we geen wifi gevonden, dus vandaag zetten we onze zoektocht verder. We vinden het wel een beetje raar dat er in de hagelnieuwe jachthaven waarin we nu liggen geen internetacces is. De jachthaven op zich is de mooiste, modernste en raar maar waar, de goedkoopste die we tot hiertoe in Portugal zijn tegen gekomen.
Enfin, een beetje wandelen is niet slecht voor de conditie en we beginnen aan onze klim bergopwaarts.
De bibliotheek die gisteren voor onze neus sloot heeft wel computers ter beschikking, maar geen wifi! Nergens in Sines kunnen we het net uit de lucht plukken!
Uiteindelijk krijgen we te horen dat de wifi antenne kapot is en het geen zin heeft om nog verder te zoeken.
Van Sines uit willen we rechtstreeks aan de oversteek beginnen naar de Canarische eilanden. De oversteek zal normaal gezien zo’n 6 dagen duren, dus eerst effe gaan winkelen want als we onderweg van de visvangst moeten leven zullen we waarschijnlijk scheel van de honger in Gran Canaria aankomen.
De wandeling naar de lidl, een kleine 2 km valt goed mee, maar met onze goed gevulde kar goed voor 10 dagen lekker smullen terug naar huis wandelen, zien we niet goed zitten. Toevallig hoort Dirk in de winkel een koppel in het Duits praten tegen elkaar en hij haalt al zijn charmes en beste Duits uit de kast. Hij spreekt die mensen aan en 5 minuten later heeft hij een lift naar huis versierd.
Als we s’avonds de crew van de September zien roeien naar hun boot, vragen we hen of ze geen zin hebben om een borreltje te komen drinken. We zien de September al sinds Falmouth en zijn nu toch wel nieuwsgierig geworden naar haar bewoners.
Toffe mensen die Zwitsers, Klaus en Elgard nodigen ons zelf uit om morgen bij hen te komen eten.
Enfin, een beetje wandelen is niet slecht voor de conditie en we beginnen aan onze klim bergopwaarts.
De bibliotheek die gisteren voor onze neus sloot heeft wel computers ter beschikking, maar geen wifi! Nergens in Sines kunnen we het net uit de lucht plukken!
Uiteindelijk krijgen we te horen dat de wifi antenne kapot is en het geen zin heeft om nog verder te zoeken.
Van Sines uit willen we rechtstreeks aan de oversteek beginnen naar de Canarische eilanden. De oversteek zal normaal gezien zo’n 6 dagen duren, dus eerst effe gaan winkelen want als we onderweg van de visvangst moeten leven zullen we waarschijnlijk scheel van de honger in Gran Canaria aankomen.
De wandeling naar de lidl, een kleine 2 km valt goed mee, maar met onze goed gevulde kar goed voor 10 dagen lekker smullen terug naar huis wandelen, zien we niet goed zitten. Toevallig hoort Dirk in de winkel een koppel in het Duits praten tegen elkaar en hij haalt al zijn charmes en beste Duits uit de kast. Hij spreekt die mensen aan en 5 minuten later heeft hij een lift naar huis versierd.
Als we s’avonds de crew van de September zien roeien naar hun boot, vragen we hen of ze geen zin hebben om een borreltje te komen drinken. We zien de September al sinds Falmouth en zijn nu toch wel nieuwsgierig geworden naar haar bewoners.
Toffe mensen die Zwitsers, Klaus en Elgard nodigen ons zelf uit om morgen bij hen te komen eten.
Het lijkt misschien wel alle dagen vakantie aan boord, maar nee hoor er moet ook nog gewerkt worden. Onze ‘to do’ lijst is ondertussen een stevig uit de kluiten gewassen lijst geworden en het wordt tijd om die eens een beetje in te tomen.
Dirk is er alvast een ganse dag zoet mee.
Ik heb ook geen tijd om me te vervelen. In de Marina heb ik 2 industriële wasmachines gevonden en heb die maar gelijk geconfisqueerd.
Als het werk erop zit trekken we de stad in op zoek naar wifi.
Dirk steekt de laptop in de rugzak en van zodra hij iets op zijn rug heeft zitten, denkt hij dat hij terug in het leger zit. Hij zet er stevig de pas in en marcheert door Sines.
Ik had het slechte idee om mijn eeuwige teenslippers eens te vervangen door elegante sandaaltjes en huppel erachter met onder elke voet een joekel van een blaar. Mooi zicht hoor…en een beetje medeleven krijgen…nee hoor…het enige dat ik te horen krijg is: allé slenter nu zo eens niet!
Het contrast tussen Cascais gisteren en Sines vandaag is enorm. Cascais is een ongelooflijke mooie, en mondaine stad. De ‘place to be’ voor de begunstigde Portugees. Je ziet daar op straat de grootste en duurste auto’s rondrijden - de gemiddelde Portugees rijdt in een niet al te nieuwe, bescheiden wagen - en in de jachthaven liggen boten om ‘U’ tegen te zeggen.
Sines daarentegen heeft een klein, niet zo bekoorlijk historisch centrum en veel nieuwbouw. Wijken met allemaal dezelfde kleine huisjes zonder karakter.
Dirk is er alvast een ganse dag zoet mee.
Ik heb ook geen tijd om me te vervelen. In de Marina heb ik 2 industriële wasmachines gevonden en heb die maar gelijk geconfisqueerd.
Als het werk erop zit trekken we de stad in op zoek naar wifi.
Dirk steekt de laptop in de rugzak en van zodra hij iets op zijn rug heeft zitten, denkt hij dat hij terug in het leger zit. Hij zet er stevig de pas in en marcheert door Sines.
Ik had het slechte idee om mijn eeuwige teenslippers eens te vervangen door elegante sandaaltjes en huppel erachter met onder elke voet een joekel van een blaar. Mooi zicht hoor…en een beetje medeleven krijgen…nee hoor…het enige dat ik te horen krijg is: allé slenter nu zo eens niet!
Het contrast tussen Cascais gisteren en Sines vandaag is enorm. Cascais is een ongelooflijke mooie, en mondaine stad. De ‘place to be’ voor de begunstigde Portugees. Je ziet daar op straat de grootste en duurste auto’s rondrijden - de gemiddelde Portugees rijdt in een niet al te nieuwe, bescheiden wagen - en in de jachthaven liggen boten om ‘U’ tegen te zeggen.
Sines daarentegen heeft een klein, niet zo bekoorlijk historisch centrum en veel nieuwbouw. Wijken met allemaal dezelfde kleine huisjes zonder karakter.
“Klaar?”" Kunnen we vertrekken?”
Dirk start de motor en zet hem bijna onmiddellijk weer uit.
“Shiiiiiiiitt”
Gisteren, na de frisse duik in het water om de onderkant van de boot eens te checken, wilde hij een lekker warm doucheke om weer op te warmen. Hij had daarom eventjes de motor opgezet, maar was in al zijn enthousiasme , omdat de kiel en het roer er pico bello uitzagen, vergeten de afsluiter van de motor open te zetten.
Dus…weeral een impeller naar de vaantjes.
Chance dat we nog een reserve aan boord hebben.
Ondertussen is Dirk al aardig bedreven in het vervangen van impellers en inkorten van waterslangen, dat we na een klein half uurtje ‘klaar zijn’ en ‘kunnen vertrekken’.
Eens buiten krijgen we te maken met een zacht briesje van “2″ knopen uit het “zuiden” en een stralende zon die weerkaats wordt op een spiegelgladde zee.
Het voordeel van dit weer is dat mijn jeans en pullover aan het haakje mogen blijven hangen. Omdat we dan ook niet zuinig moeten zijn op onze energie kunnen we de radio opzetten of een cd-tje spelen, we kunnen mailtjes versturen met onze pactor modem, beetje uitluisteren op de korte golf (ssb), stukje schrijven voor het dagboek, wat spelen met de computer, we hebben warm water in overvloed en steunen op de koop toe de Portugese economie.
Rond de middag is echter gedaan met de extra luxe want de wind is wat gedraaid en blaast juist op maat voor de Bolle Jan (zeil van 110m²).
We geraken zelfs met onze Jan op een redelijk uur en voor het donker in Sines.
Dirk start de motor en zet hem bijna onmiddellijk weer uit.
“Shiiiiiiiitt”
Gisteren, na de frisse duik in het water om de onderkant van de boot eens te checken, wilde hij een lekker warm doucheke om weer op te warmen. Hij had daarom eventjes de motor opgezet, maar was in al zijn enthousiasme , omdat de kiel en het roer er pico bello uitzagen, vergeten de afsluiter van de motor open te zetten.
Dus…weeral een impeller naar de vaantjes.
Chance dat we nog een reserve aan boord hebben.
Ondertussen is Dirk al aardig bedreven in het vervangen van impellers en inkorten van waterslangen, dat we na een klein half uurtje ‘klaar zijn’ en ‘kunnen vertrekken’.
Eens buiten krijgen we te maken met een zacht briesje van “2″ knopen uit het “zuiden” en een stralende zon die weerkaats wordt op een spiegelgladde zee.
Het voordeel van dit weer is dat mijn jeans en pullover aan het haakje mogen blijven hangen. Omdat we dan ook niet zuinig moeten zijn op onze energie kunnen we de radio opzetten of een cd-tje spelen, we kunnen mailtjes versturen met onze pactor modem, beetje uitluisteren op de korte golf (ssb), stukje schrijven voor het dagboek, wat spelen met de computer, we hebben warm water in overvloed en steunen op de koop toe de Portugese economie.
Rond de middag is echter gedaan met de extra luxe want de wind is wat gedraaid en blaast juist op maat voor de Bolle Jan (zeil van 110m²).
We geraken zelfs met onze Jan op een redelijk uur en voor het donker in Sines.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten